H5: 5.6 deel 1 2022/2023 Formules met kwadraten- 2M

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

● Leerdoelen bespreken

● Terugblik: t/m 5.5

● Uitleg: 5.6a

● Zelfstandig werken

● Leerdoel behaald?

Welkom bij wiskunde

bij

bij

in je tas.

Laptop 

Telefoon

in de telefoontas.

Leg je spullen op tafel

Wat gaan we doen?

Leerdoelen

Je weet wat een kwadratische formule is, 

hoe je deze kunt herkennen en

 hoe je hier berekeningen mee kunt maken.

H5: Machten, wortels en verbanden:

VK: Kwadraat en wortel

5.1: Machten

5.2: Volgorde & deelstreep

5.3: [H] Wortels herleiden

5.4: Lineaire formules met haakjes

5.5: Formules met een

        deelstreep

5.6: Formules met

       kwadraten

5.7: Formules met wortels

5.8: Periodieke grafiek

SO gemaakt

Hoe ging het SO?

Zijn er nog vragen?

​5+4​​3​2​​​​

​5+4​​3​2​​​​+4​2​​

Terugblik

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

BMI=​lengte⋅lengte​​gewicht​​

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

BMI=​lengte⋅lengte​​gewicht​​

=​1,58⋅1,58​​72,5​​=

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

BMI=​lengte⋅lengte​​gewicht​​

=​(1,58⋅1,58)​​(72,5)​​=

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

BMI=​lengte⋅lengte​​gewicht​​

=​(1,58⋅1,58)​​(72,5)​​=29,041...

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

BMI=​lengte⋅lengte​​gewicht​​

=​(1,58⋅1,58)​​(72,5)​​=29,041...≈29

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

BMI=​lengte⋅lengte​​gewicht​​

=​(1,58⋅1,58)​​(72,5)​​=29,041...≈29

Terugblik

Uitwerking: 

Gewicht in kg = 72,5 kg

Lengte in meters = 1,58 m

De BMI is 29, dit valt in de categorie BMI > 25, dus ze is te zwaar.

BMI=​lengte⋅lengte​​gewicht​​

=​(1,58⋅1,58)​​(72,5)​​=29,041...≈29

Terugblik

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

Uitwerking:

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

Uitwerking:

v = 178 cm

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

lengte jongen=​2​​(v+13)+m​​+4,5

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

lengte jongen=​2​​(v+13)+m​​+4,5

=​2​​(178+13)+154​​+4,5=

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

lengte jongen=​2​​(v+13)+m​​+4,5

=​(2)​​((178+13)+154)​​+4,5=

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

lengte jongen=​2​​(v+13)+m​​+4,5

=​(2)​​((178+13)+154)​​+4,5=177 cm

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

Dus Miguel wordt volgens deze formule 177 cm

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

lengte jongen=​2​​(v+13)+m​​+4,5

=​(2)​​((178+13)+154)​​+4,5=177 cm

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

Dus Miguel wordt volgens deze formule 177 cm, dat was bij opg 59 ook. 

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

lengte jongen=​2​​(v+13)+m​​+4,5

=​(2)​​((178+13)+154)​​+4,5=177 cm

Uitwerking:

v = 178 cm

m = 154 cm

Dus Miguel wordt volgens deze formule 177 cm, dat was bij opg 59 ook.

Hij zal dus even lang worden bij beide formules.

volgens opg. 59 wordt hij 177 cm.

v = lengte vader

m = lengte moeder

alle lengtes zijn in cm.

lengte jongen=​2​​(v+13)+m​​+4,5

=​(2)​​((178+13)+154)​​+4,5=177 cm

5.6: Formules met kwadraten

Figuur 1 heeft 4 kubussen. Dit kun je tellen of via de formule doen:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+1=4 kubussen

=3+1​2​​

n = figuurnummer, 

n = 1

5.6: Formules met kwadraten

Figuur 2 heeft 7 kubussen. Dit kun je tellen of via de formule doen:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+4=7 kubussen

=3+2​2​​

n = figuurnummer, 

n = 2

5.6: Formules met kwadraten

Figuur 3 heeft 12 kubussen. Dit kun je tellen of via de formule doen:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+9=12 kubussen

=3+3​2​​

n = figuurnummer, 

n = 3

Figuur 4 staat niet op de tekening. 

n = figuurnummer, 

n = 4

Figuur 4 staat niet op de tekening. Je zou het figuur wel kunnen maken en dan tellen hoeveel kubussen er zijn. Maar met de formule uitrekenen gaat veel sneller:

aantal kubussen=3+n​2​​

n = figuurnummer, 

n = 4

Figuur 4 staat niet op de tekening. Je zou het figuur wel kunnen maken en dan tellen hoeveel kubussen er zijn. Maar met de formule uitrekenen gaat veel sneller:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+4​2​​

n = figuurnummer, 

n = 4

Figuur 4 staat niet op de tekening. Je zou het figuur wel kunnen maken en dan tellen hoeveel kubussen er zijn. Maar met de formule uitrekenen gaat veel sneller:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+16=

=3+4​2​​

n = figuurnummer, 

n = 4

Figuur 4 staat niet op de tekening. Je zou het figuur wel kunnen maken en dan tellen hoeveel kubussen er zijn. Maar met de formule uitrekenen gaat veel sneller:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+16=19 kubussen

=3+4​2​​

n = figuurnummer, 

n = 4

Figuur 25 staat ook niet op de tekening, maar kun je ook uitrekenen met de formule. 

n = figuurnummer, 

n = 25

Figuur 25 staat ook niet op de tekening, maar kun je ook uitrekenen met de formule. Figuur 25 heeft 628 kubussen. 
Dit is niet te doen om na te bouwen, dus met de formule:

aantal kubussen=3+n​2​​

n = figuurnummer, 

n = 25

Figuur 25 staat ook niet op de tekening, maar kun je ook uitrekenen met de formule. Figuur 25 heeft 628 kubussen. 
Dit is niet te doen om na te bouwen, dus met de formule:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+25​2​​

n = figuurnummer, 

n = 25

Figuur 25 staat ook niet op de tekening, maar kun je ook uitrekenen met de formule. Figuur 25 heeft 628 kubussen. 
Dit is niet te doen om na te bouwen, dus met de formule:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+625=

=3+25​2​​

n = figuurnummer, 

n = 25

Figuur 25 staat ook niet op de tekening, maar kun je ook uitrekenen met de formule. Figuur 25 heeft 628 kubussen. 
Dit is niet te doen om na te bouwen, dus met de formule:

aantal kubussen=3+n​2​​

=3+625=628 kubussen

=3+25​2​​

n = figuurnummer, 

n = 25

5.6: Formules met kwadraten

Zo kun je dus van alle figuurnummers uitrekenen hoeveel kubussen die heeft. 

Deze formule noemen we een kwadratische formule. Er staat immers een kwadraat in.

aantal kubussen=3+n​2​​

Wat heb je deze les geleerd?

Huiswerk

Maken:

5.6 - blz. 31-33: opg. 62 t/m 68

Nakijken:

Alles wat je gemaakt hebt van H5

Achter de les

Leerdoelen behaald

Je weet wat een kwadratische formule is, 

hoe je deze kunt herkennen en

 hoe je hier berekeningen mee kunt maken.

H5: Machten, wortels en verbanden:

VK: Kwadraat en wortel

5.1: Machten

5.2: Volgorde & deelstreep

5.3: [H] Wortels herleiden

5.4: Lineaire formules met haakjes

5.5: Formules met een

        deelstreep

5.6: Formules met

       kwadraten

5.7: Formules met wortels

5.8: Periodieke grafiek

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

0

0

0

00:02-00:17

Opmerking vooraf

In het filmpje zie je dat je een tabel zelf moet maken.

Deze tabel krijgen jullie er dit jaar nog bij, je hoeft alleen de tabel in te vullen.