3.2 - Grammatica

Grammatica
Klas: 1BC
Datum: 12-05-2020
Nederlands
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Grammatica
Klas: 1BC
Datum: 12-05-2020
Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Deze les

- Herhalen persoonsvorm, onderwerp, werkwoordelijk gezegde

Lesdoel:
  • Je kan uit zinnen de pv, ow en wg halen. 
Deze les

Slide 2 - Tekstslide

Volgende les:
Hoe vind je de volgende zinsdelen?
  • Persoonsvorm:
  • Onderwerp:
  • Werkwoordelijk gezegde: 
Herhaling

Slide 3 - Tekstslide

Volgende les:
Hoe vind je de volgende zinsdelen?
  • Persoonsvorm: zin in andere tijd/getal 
  • Onderwerp:
  • Werkwoordelijk gezegde: 
Herhaling

Slide 4 - Tekstslide

Volgende les:
Hoe vind je de volgende zinsdelen?
  • Persoonsvorm: zin in andere tijd/getal 
  • Onderwerp: Wie/wat + persoonsvorm
  • Werkwoordelijk gezegde: 
Herhaling

Slide 5 - Tekstslide

Volgende les:
Hoe vind je de volgende zinsdelen?
  • Persoonsvorm: zin in andere tijd/getal 
  • Onderwerp: Wie/wat + persoonsvorm
  • Werkwoordelijk gezegde: alle werkwoorden
Herhaling

Slide 6 - Tekstslide

Volgende les:
Wat weet je nog? 

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:
Gisteren belde ik mijn moeder op.
A
Gisteren
B
Belde
C
Belde op
D
Mijn moeder

Slide 8 - Quizvraag

Wat voor woord is de persoonsvorm?
A
Zelfstandig naamwoord
B
Werkwoord
C
Lidwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het onderwerp van de zin?
Vanmorgen hebben mijn zussen brood gekocht bij de bakker.
A
Hebben
B
Mijn zussen
C
Gekocht
D
Bij de bakker

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het onderwerp van de zin?
De Engelsen presenteerden in 1976 het eerste Jeugdjournaal.
A
De Engelsen
B
Presenteerden
C
In 1976
D
Het eerste Jeugdjournaal

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het onderwerp in de zin:
De foutparkeerder heeft een wielklem om zijn auto gekregen.

Slide 12 - Open vraag

Wat is het wg?
Aan de waslijn hangen de shirts te drogen.
A
Hangen shirts
B
Hangen shirts te drogen
C
Hangen te drogen
D
Hangen drogen

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het wg?
Onze trainer is onze opstelling aan het bedenken.
A
Is aan het bedenken
B
Is bedenken
C
Is onze opstelling bedenken
D
Is onze opstelling aan het bedenken

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het wg?
Op maandagavond trainen de spelers van Ajax in deze hal.

Slide 15 - Open vraag

Oefenen
Oefenen

Slide 16 - Tekstslide

Oefenen
  1. Waarom lopen de mensen op straat?
Pv: 
Ow: 
Wg: 

2. In mijn kamer mogen mijn katten niet komen.
Pv: 
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom lopen de mensen op straat?
Pv: lopen
Ow: 
Wg: 

2. In mijn kamer mogen mijn katten niet komen.
Pv: 
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 18 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: 
Wg: 

2. In mijn kamer mogen mijn katten niet komen.
Pv: 
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 19 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: 
Wg: 

2. In mijn kamer mogen mijn katten niet komen.
Pv: 
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 20 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: 

2. In mijn kamer mogen mijn katten niet komen.
Pv: 
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 21 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: lopen

2. In mijn kamer mogen mijn katten niet komen.
Pv: 
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 22 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: lopen

2. In mijn kamer mogen mijn katten niet komen.
Pv: mogen
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 23 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: lopen

2. In mijn kamer | mogen | mijn katten niet komen.
Pv: mogen
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 24 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: lopen

2. In mijn kamer | mogen | mijn katten niet | komen.
Pv: mogen
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 25 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: lopen

2. In mijn kamer | mogen | mijn katten | niet | komen.
Pv: mogen
Ow: 
Wg :

Oefenen

Slide 26 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: lopen

2. In mijn kamer | mogen | mijn katten | niet | komen.
Pv: mogen
Ow: mijn katten
Wg :

Oefenen

Slide 27 - Tekstslide

Oefenen
 1. Waarom | lopen | de mensen | op straat?
Pv: lopen
Ow: de mensen
Wg: lopen

2. In mijn kamer | mogen | mijn katten | niet | komen.
Pv: mogen
Ow: mijn katten
Wg: mogen komen

Oefenen

Slide 28 - Tekstslide

  1. Surfpakken hangen altijd in de schaduw te drogen. 
  2. Ook niet-westerse mensen blijken treurige muziek uit het westen als droevig te ervaren.
  3. In zijn lokaal is de wiskundedocent lastige vraagstukken aan het bespreken.
  4. Voor hun gevoelens durven jongeren vaak niet uit te komen.
  5. Afgelopen zondag waren veel Nederlanders aan het schaatsen op de Hollandse meren. 
Ontleed de volgende zinnen. Noteer pv, ow
en wg
timer
1:00

Slide 29 - Tekstslide

Ontleed onderstaande zinnen (pv, zinsdeelstrepen, ow, wg)
  1. Surfpakken hangen altijd in de schaduw te drogen. 
  2. Ook niet-westerse mensen blijken treurige muziek uit het westen als droevig te ervaren.
  3. In zijn lokaal is de wiskundedocent lastige vraagstukken aan het bespreken.
  4. Voor hun gevoelens durven jongeren vaak niet uit te komen.
  5. Afgelopen zondag waren veel Nederlanders aan het schaatsen op de Hollandse meren. 

Datum: 13-05-2020
Lesuur: 1   (08:15-08:45)
Huiswerk

Slide 30 - Tekstslide

Volgende les:
Lesdoel:
  • Je kan uit zinnen de pv, ow en wg halen. 
Lesafsluiting
Volgende les:
  • Huiswerk bespreken
  • Lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp herhalen

Slide 31 - Tekstslide