Je weet welke indicatoren je moet gebruiken om culturele kenmerken te meten.
Je weet hoe de bevolking op het mondiale schaalniveau globaal is verspreid.
Je weet dat cultuurelementen vanuit gebieden van oorsprong kunnen zijn verspreid (diffusie) door kolonialisme en door migratie.
Je begrijpt dat de patronen op de wereldkaart veranderen voor wat betreft bevolkingsspreiding en cultuurgebieden.
Je begrijpt dat de bevolkingsspreiding en bevolkingsdichtheid mede bepaald worden door natuurlijke omstandigheden.
Je kunt mondiale ruimtelijke spreidingspatronen verklaren op het gebied van bevolking en cultuur verklaren.