AcI - oefeningen

RELATIEVE TIJDSVERHOUDING
Infinitief praesens
GELIJKTIJDIG
Infinitief perfectum
VOORTIJDIG
hoofdww tegenwoordig
O.T.T.
V.T.T.
hoofdww
verleden
O.V.T.
V.V.T.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

RELATIEVE TIJDSVERHOUDING
Infinitief praesens
GELIJKTIJDIG
Infinitief perfectum
VOORTIJDIG
hoofdww tegenwoordig
O.T.T.
V.T.T.
hoofdww
verleden
O.V.T.
V.V.T.

Slide 1 - Tekstslide

Welk soort werkwoord gaat vooraf aan de AcI?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Legatus dicit hostes abisse.
Welke infinitief staat er in de AcI en welke tijdsverhouding drukt die uit?
A
perfectum - gelijktijdig
B
praesens - gelijktijdig
C
perfectum - voortijdig
D
praesens - voortijdig

Slide 4 - Quizvraag

Fama erat deos formas mutavisse.
Welke infinitief staat er in de AcI en welke tijdsverhouding drukt die uit?
A
perfectum - gelijktijdig
B
praesens - gelijktijdig
C
perfectum - voortijdig
D
praesens - voortijdig

Slide 5 - Quizvraag

Puellae pueros pugnare vident.
Welke infinitief staat er in de AcI en welke tijdsverhouding drukt die uit?
A
perfectum - gelijktijdig
B
praesens - gelijktijdig
C
perfectum - voortijdig
D
praesens - voortijdig

Slide 6 - Quizvraag

Puellae pueros pugnare viderunt.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
hebben gezien - vochten
B
hadden gezien - vochten
C
zagen - vechten
D
hebben gezien - vechten

Slide 7 - Quizvraag

Domini servos deis sacra facere dicunt.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
zeggen - brengen
B
zeiden - brachten
C
zeggen - hebben gebracht
D
zeiden - hadden gebracht

Slide 8 - Quizvraag

Domini servos deis sacra facere dixerant.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
hebben gezegd- brengen
B
hadden gezegd- brachten
C
zeggen - hebben gebracht
D
zeggen - hadden gebracht

Slide 9 - Quizvraag

voortijdigheid

INFINITIEF PRAESENS
INFINITIEF PERFECTUM
natijdigheid
gelijktijdigheid
O.T.T.
O.V.T.
V.T.T.

Slide 10 - Sleepvraag

Vertaal de volgende zin...
Constat hostes fortiter pugnavisse.

Slide 11 - Open vraag

Vertaal de volgende zin:
Pueri gaudent patrem domum venire.

Slide 12 - Open vraag

Vertaal de volgende zin:
Marcus dicit se venire.

Slide 13 - Open vraag

Vertaal de volgende zin:
Tempus est me hinc abire.

Slide 14 - Open vraag

Fama est socios custodes interfecisse.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
is- hebben gedood
B
was - hebben gedood
C
is - doodden
D
was- hadden gedood

Slide 15 - Quizvraag

Duces dicunt servos aurum ad urbem transtulisse.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
hebben gezegd- brengen
B
hadden gezegd- brachten
C
zeggen - hebben gebracht
D
zeggen - hadden gebracht

Slide 16 - Quizvraag

Feminae se cum filiis abire dicebant.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
hebben gezegd- weggingen
B
zeiden - weggingen
C
zeggen - weggaan
D
zeiden - zijn weggegaan

Slide 17 - Quizvraag

Amici patrem et matrem in silva ambulare audiverunt.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
hebben gehoord- wandelen
B
hadden gehoord- wandelen
C
hebben gehoord- wandelden
D
horen- hadden gewandeld

Slide 18 - Quizvraag

Necesse erat populum in litus fugere.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
was - vluchtte
B
is - vlucht
C
was - is gevlucht
D
was - was gevlucht

Slide 19 - Quizvraag

Servus dominum valde crudelem fuisse dixit.
Hoe vertaal je hoofdwerkwoord en infinitief?
A
zei - was
B
zei - is geweest
C
zei - was geweest
D
zei - is

Slide 20 - Quizvraag

Welke soort werkwoorden gaan vooraf aan de AcI's?

Slide 21 - Tekstslide