H5 BIJV NW

Goedemiddag!
  • Telefoon in de bak
  • Jas op de gang
  • Boek, laptop en pen op tafel

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Goedemiddag!
  • Telefoon in de bak
  • Jas op de gang
  • Boek, laptop en pen op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Afspraken
  • Mobiel in de bak.
  • Als de docent praat, luisteren we.
  • Als we iets willen zeggen of antwoord geven, steken we onze hand op.
  • We luisteren als een medeleerling een vraag stelt.
  • We doen mee in de les.
  • We maken ons huiswerk.

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen? 

  • H5 Bijvoegelijke Naamwoorden
  • Samen en zelfstandig maken opdrachten H5
  • Evaluatie les
  • Afsluiten


Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen H5 - bijvoeglijke naamwoorden
Ik kan bijvoeglijke naamwoorden herkennen.
Ik kan de korte en lange vormen bijvoeglijke naamwoorden goed spellen.

Slide 4 - Tekstslide

Weet je nog welke
lidwoorden er zijn?
Het zijn er 3 drie.

Slide 5 - Woordweb

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Uitleg lidwoord (lw)
Er zijn 3 lidwoorden: de, het, een
Het staat altijd voor een zelfstandig naamwoord

Voorbeelden: 
de laptop, het meisje, een huis


Slide 6 - Tekstslide

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Uitleg zelfstandig naamwoord (znw)
Mensen, dieren, dingen of planten. 
Er staat vaak een lidwoord voor, niet altijd. 

Voorbeelden:
De boot, het gebouw, een boom

Slide 7 - Tekstslide

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Uitleg bijvoeglijk naamwoord (bvn)

Zegt iets over een zelfstandig naamwoord, zoals een eigenschap, kenmerk of toestand. 
Staat vaak direct voor het zelfstandig naamwoord. 

Voorbeelden:
Een boze meneer, de roze tafel, het geschrokken gezicht

Slide 8 - Tekstslide

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Uitleg stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Zegt iets waarvan iets gemaakt is.  Bijvoeglijke naamwoorden van 'natuurlijke' stoffen eindigen altijd op -en. 
houten bank, wollen trui

Bijvoeglijke naamwoorden van 'door mensen gemaakte' stoffen krijgen geen extra letters:
plastic beker, nylon kous

Slide 9 - Tekstslide

De zwarte stoel stond naast de tafel.

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
A
De
B
Zwarte
C
Stoel
D
Naast

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord is het bijvoeglijk naamwoord?
'De meester zag haar ingespannen gezichtje dat zich over het taalschrift boog.'
A
meester
B
gezicht
C
ingespannen
D
zich

Slide 11 - Quizvraag

Vul het bijvoeglijk naamwoord in.
lief - Het ........meisje zat achter in de klas.

Slide 12 - Open vraag

Vul het bijvoeglijk naamwoord in.
zorgelijk - Er verscheen een ......rimpel in zijn voorhoofd.

Slide 13 - Open vraag

Aan de slag!
Maken opdracht 1, 2, 4, 6 en 7

Klaar? Vraag antwoordblad

Heb je een vraag?
Steek je vinger op.

Slide 14 - Tekstslide

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 15 - Tekstslide

Tot de volgende les!

Slide 16 - Tekstslide

H5 BIJV NW

Slide 17 - Tekstslide