Examen GV

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 3

Examen gesprekken voeren

ja-neespel

Ben jij voor een verbod op mobieltjes op de fiets? 

Heb jij een favoriete serie op Netflix? 

Houd je van koken?

Zullen mensen jou na je dood herinneren? 

Heb je wel eens iets illegaals gedaan? 

Zou je gelukkig kunnen zijn zonder geld? 

Lees je wel eens een boek?

Ben je verslaafd aan je telefoon?

open vraag

Wie, wat, waar, waardoor, waarom….etc.

Doel = klant laten spreken

gesloten vraag

ja/nee antwoorden

doel = snel informatie verkrijgen

gerichte vraag

open vraag met één antwoordmogelijkheid

suggestieve vraag

Dat is toch een mooi aanbod vind je niet?

doel = inspelen op emotie

keuze vraag

zelf iets in te brengen

controle vraag

je controleert of je het begrepen hebt/of de afspraak duidelijk is

Noteer een vraag waar je het examen gesprekken voeren (evaluatiegesprek) mee kunt beginnen.

Noteer 2 vragen die je tijdens het gesprek aan je bpv-begeleider kunt stellen.

Noteer een vraag waar je het bpv-gesprek mee kunt eindigen.

Aan de slag!

Situatiebeschrijving voor de kandidaat

Je hebt stage gelopen bij een bedrijf. Nu de stage voorbij is, heb je hierover een evaluatiegesprek met je praktijkopleider. Een docent speelt de rol van de praktijkopleider. Je praat over een stage die je zelf hebt gelopen.

Op te leveren

Een evaluatiegesprek over de stage van 5-10 minuten.

Opdrachtbeschrijving voor de kandidaat

Voer het gesprek met je praktijkopleider. Dit gesprek bevat de volgende onderdelen:

- Vertel iets over je werkzaamheden bij je stagebedrijf.

- Geef je mening over deze werkzaamheden.

- Vertel over de manier waarop je begeleid bent.

- Vertel wat je van je stage hebt geleerd. Noem minstens twee dingen.

- Leg uit waarom deze stage geschikt is voor leerlingen die dezelfde opleiding doen als jij.

Aan de slag

Stagebegeleider bereidt minstens 5 open vragen voor.