week 8 les 2

  • Nakijken diagnostische toets
  • vragen grammatica
  • parler
  • Gimkit
Le but: à la fin de ce cours:
  • heb ik geoefend met de grammatica voor de toets
  • heb ik geoefend met de zinnen van parler et écrire en de uitspraak ervan.

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

  • Nakijken diagnostische toets
  • vragen grammatica
  • parler
  • Gimkit
Le but: à la fin de ce cours:
  • heb ik geoefend met de grammatica voor de toets
  • heb ik geoefend met de zinnen van parler et écrire en de uitspraak ervan.

Slide 1 - Tekstslide

Nakijken diagnostische toets
10 minuten
Wie heeft er vragen over?

Slide 2 - Tekstslide

Toets: wat kun je verwachten?
10 zinnen  - kies juiste Franse woord  en vertaal het (20 punten)
12 NL woorden - vertalen naar Frans (12 punten)
12 zinnen - kies het juiste NL woord van de 10 woorden (12 punten)
Woordjes

Slide 3 - Tekstslide

5x vertalen juiste vorm van aller (5 punten)

4 zinnen ontkenning 
Bijv. La fenêtre est bleue? Non, la fenêtre n'est pas bleue
C'est joli? Non, ce n'est pas joli. 
Ook:  ne.....plus, ne.....rien, ne......jamais
Zorg dat je vertaling NL-FR weet


Tekst
Grammatica

Slide 4 - Tekstslide

! 12 punten - bijvoeglijk naamwoord
Soms alleen juiste vorm voor achter zelfst. nmw plaatsen
sympa      il est un  ..........garçon ...........
vieux     Elle a une .......grand-mère ..........
Soms vertaal het deel tussen haakjes
Il a (een rode tafel)
Tekst
Grammatica

Slide 5 - Tekstslide

5 zinnen - 10 punten
Leer de standaardzinnen goed uit je hoofd
Twee zinnen - zinnen maken met woorden woordenlijst

In mijn dorp is de supermarkt tegenover de apotheek.
De hond is nooit in de tuin.
De slaapkamer heeft prachtig uitzicht op het meer.
Tekst
Zinnen

Slide 6 - Tekstslide

Quizz

Slide 7 - Tekstslide

Maak ontkennend:
Ton prof est sympa?
Non, il ..........................

Slide 8 - Open vraag

Ton prof est sympa?
Nee, hij is nooit sympathiek.

Slide 9 - Open vraag

Vous habitez à Delft?
Nee, ik woon niet meer in Delft.

Slide 10 - Open vraag

C'est joli?
Non, ce ..................

Slide 11 - Open vraag

Sophie est (een frans meisje) qui habite à Paris.

Slide 12 - Open vraag

Alice porte une ...... robe .....
(nieuw)

Slide 13 - Open vraag

Il a une ......note ....... (goed)

Slide 14 - Open vraag

Dans ce film il y a (een leuke actrice)

Slide 15 - Open vraag

Casper est (een nederlandse jongen)

Slide 16 - Open vraag

Zinnen maken - travailler à deux
Stel elkaar de vragen zoals bij apprendre 7 en 9

Verander de antwoorden zodat ze passen bij jouw situatie

Bijv. Mijn bed staat tegen de muur, mijn stoel staat voor het bureau.
gebruik voorzetsels zoals in apprendre 10




Slide 17 - Tekstslide

Gimkit
Open de link op classroom
Iedereen verzint 1 vraag
Ik keur deze goed/af
Jullie strijden tegen elkaar

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Slide 21 - Video