Positief

Zet je gedachten op standje positief 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Lichamelijke opvoedingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Zet je gedachten op standje positief 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekend geluk voor jou?
Leg uit in min. 3 en max. 5 woorden

Slide 3 - Woordweb

Wie wilt er gelukkig zijn?
Ik 🙋
Ik niet🙎
Ik weet het niet 🤷

Slide 4 - Poll

Voordat we verder gaan, moeten we even langs............

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Nihilism = geen plezier in moment en ziet geen positieve toekomst 

Ratrace = het 'nu' opgeven voor de toekomst

Hedonism = leven in het 'nu'

Happiness = plezier in het 'nu', de route en investeert in plezier op lange termijn

Slide 7 - Tekstslide

Welke burger ben jij?
A
Nihilism
B
Ratrace
C
Hedonism
D
Happiness

Slide 8 - Quizvraag

  • Positiviteit voelt goed
  • Verbreedt je blik
  • Werkt opbouwend
  • Remt negativiteit 
  • Is vergroot baar 

Slide 9 - Tekstslide

WOW! 😱
Ik had maar 3 fout op mijn toets

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Hoe vergroot je positiviteit?

Slide 12 - Tekstslide

Hoe vergroot je positiviteit?
- Mindfullness & Meditatie 
- Werken aan relaties
- Vriendelijkheid vermenigvuldigen
- Afleiding bedenken voor piekeren
- Negatieve gedachten onderzoeken 
- De natuur in gaan
- Focussen op sterke punten
- Dankbaar zijn
- Positieve momenten koesteren
- Toekomst visualiseren

Slide 13 - Tekstslide

Iedereen beschikt over 24 sterke punten, maar wat nou als we die sterke punten centraal gaan zetten? 

Slide 14 - Tekstslide

Wat is denk je jouw sterkste punt?

Slide 15 - Woordweb

Wat klinkt positiever?
Ik kan het niet 🤷
Ik kan het nog niet 🤷

Slide 16 - Poll

Als er vannacht een wonder gebeurt en je wordt in de ochtend wakker in een voor jou optimale wereld, wat merk je als eerst?

Slide 17 - Open vraag

Hoe merken anderen dat er iets moois met jou is gebeurt?

Slide 18 - Open vraag

Bedenk per direct 5 kleine aardige dingen die je vandaag voor anderen gaat doen

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die tot nu toe goed gingen vandaag

Slide 21 - Open vraag