In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Maak een spellingles met inductieve opdrachten
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoel
Aan het einde van de les kun je een spellingles maken met inductieve opdrachten.
Slide 2 - Tekstslide
Leg de leerdoelen uit aan de studenten. Vertel hoe deze les hen zal helpen om vaardigheden te ontwikkelen die ze nodig hebben.
Wat weet je al over inductieve opdrachten?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Inductief versus deductief
Inductief onderwijs is gebaseerd op het ontdekken van patronen en regels door middel van voorbeelden. Deductief onderwijs begint met het leren van de regels en het toepassen ervan op voorbeelden.
Slide 4 - Tekstslide
Leg het verschil tussen inductief en deductief onderwijs uit. Laat voorbeelden zien van beide methoden en vraag studenten welke methode ze het meest effectief vinden.
Voorbeeld inductieve opdracht
Laat de leerlingen een tekst lezen en vraag ze om woorden met dezelfde spellingregel op te schrijven. Gebruik deze woorden om de spellingregel uit te leggen.
Slide 5 - Tekstslide
Laat de studenten een oefening doen waarbij ze de spellingregel moeten vinden. Leg uit hoe deze activiteit de leerlingen helpt om patronen en regels te ontdekken.
Inductieve spellingopdracht
Geef de leerlingen een lijst met woorden die dezelfde spellingregel volgen, maar met enkele woorden die niet volgen. Laat de leerlingen de spellingregel ontdekken en uitleggen waarom sommige woorden afwijken.
Slide 6 - Tekstslide
Leg uit hoe deze opdracht de leerlingen helpt om hun eigen kennis te ontwikkelen en hoe ze hun bevindingen kunnen delen met de klas.
In groepen werken
Laat de leerlingen in groepen werken om inductieve opdrachten te maken. Geef elke groep een andere spellingregel om te onderzoeken en laat ze hun bevindingen aan de klas presenteren.
Slide 7 - Tekstslide
Leg uit hoe deze groepsactiviteit de leerlingen helpt om samen te werken, te communiceren en hun onderzoeksvaardigheden te verbeteren.
Feedback geven
Geef feedback en evaluatiecriteria voor de inductieve spellingopdrachten. Bespreek de sterke punten en gebieden waarop de leerlingen zich kunnen verbeteren.
Slide 8 - Tekstslide
Leg uit hoe feedback de leerlingen helpt om hun werk te verbeteren en hen aan te moedigen om verder te gaan in hun leerproces.
Differentiatie
Differentieer de opdrachten op basis van het niveau van de leerling. Gebruik extra ondersteuningsmateriaal voor leerlingen die extra hulp nodig hebben.
Slide 9 - Tekstslide
Leg uit hoe differentiatie de leerlingen helpt om op hun eigen niveau te werken en hun vaardigheden te verbeteren.
Samenvatting
Herhaal de belangrijkste punten van de les en vraag de leerlingen om vragen te stellen.
Slide 10 - Tekstslide
Herinner de leerlingen aan de belangrijkste punten van de les en beantwoord eventuele vragen die ze hebben. Moedig de studenten aan om hun eigen ideeën en vragen te delen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.