In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Leer inductief spellen
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Doel van de les
Aan het einde van de les kun je uitleggen wat een inductieve spellingles is en hoe je deze kunt toepassen.
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide introduceert het doel van de les. Leg uit dat aan het einde van de les de studenten in staat zullen zijn om inductief te spellen. Maak het doel van de les duidelijk.
Wat weet je al over inductief spellen?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Inductief leren
Inductief leren betekent het afleiden van regels of principes uit specifieke voorbeelden. Bij spelling betekent dit het herkennen van spellingsregels door te kijken naar woorden waarvan je de spelling al kent.
Slide 4 - Tekstslide
Leg uit wat inductief leren is en hoe het kan worden toegepast bij spelling. Gebruik concrete voorbeelden om de uitleg te verduidelijken.
Voorbeeld
Een voorbeeld van inductief leren bij spelling is het herkennen van de 'au' klank in woorden als 'auto' en 'kauwgom'. Door te kijken naar deze woorden, kun je afleiden dat de 'au' klank wordt geschreven als 'au'.
Slide 5 - Tekstslide
Geef een concreet voorbeeld van inductief leren bij spelling. Laat de studenten zien hoe ze een regel kunnen afleiden uit voorbeelden.
Oefening
Bekijk de volgende woorden: 'straat', 'huis', 'stoel', 'boom', 'stoep'. Schrijf de woorden op en markeer de letters die hetzelfde worden uitgesproken. Kun je een regel afleiden uit deze woorden?
Slide 6 - Tekstslide
Geef de studenten een oefening waarbij ze inductief leren toepassen. Laat de studenten de woorden opschrijven en markeer de letters die hetzelfde worden uitgesproken. Laat de studenten vervolgens nadenken over welke regel kan worden afgeleid uit deze woorden.
Toepassen van de regel
Nu je een regel hebt afgeleid, kun je deze toepassen op andere woorden. Bijvoorbeeld, als je hebt afgeleid dat de letters 'oe' worden uitgesproken als 'oe', kun je deze regel toepassen op woorden als 'boek' en 'poes'.
Slide 7 - Tekstslide
Leg uit hoe de studenten de afgeleide regel kunnen toepassen op andere woorden. Gebruik concrete voorbeelden om de uitleg te verduidelijken.
Oefening
Schrijf de volgende woorden op en pas de afgeleide regel toe: 'boek', 'poes', 'hoed', 'voetbal', 'stoep'.
Slide 8 - Tekstslide
Geef de studenten een oefening waarbij ze de afgeleide regel kunnen toepassen op andere woorden. Laat de studenten de woorden opschrijven en de afgeleide regel toepassen.
Voordelen van inductief leren
Inductief leren kan helpen om spellingregels beter te begrijpen en toe te passen. Het kan ook helpen om de spelling van onbekende woorden te achterhalen.
Slide 9 - Tekstslide
Leg uit wat de voordelen zijn van inductief leren bij spelling. Gebruik concrete voorbeelden om de uitleg te verduidelijken.
Samenvatting
Inductief leren betekent het afleiden van regels uit voorbeelden. Bij spelling betekent dit het herkennen van spellingsregels door te kijken naar woorden waarvan je de spelling al kent. Door deze regels toe te passen op andere woorden, kun je beter spellen.
Slide 10 - Tekstslide
Vat de belangrijkste punten van de les samen. Laat de studenten de belangrijkste concepten herhalen om hun begrip te consolideren.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.