H4 lezen - tekst 1 (Alleen goed spellen in een dictee?)

Maak jij veel fouten in de werkwoordspelling?
Nee, nooit. Ik snap de regels goed.
Als ik goed oplet niet, maar soms maak ik nog wel eens een foutje.
Ik maak regelmatig foutjes in de werkwoordspelling.
Ik maak altijd fouten in de werkwoordspelling. Ga ik dat ooit nog leren?
1 / 10
volgende
Slide 1: Poll
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Maak jij veel fouten in de werkwoordspelling?
Nee, nooit. Ik snap de regels goed.
Als ik goed oplet niet, maar soms maak ik nog wel eens een foutje.
Ik maak regelmatig foutjes in de werkwoordspelling.
Ik maak altijd fouten in de werkwoordspelling. Ga ik dat ooit nog leren?

Slide 1 - Poll

Nadat de leider zich tot de menigte had ________ (richten)  
, ________ (vluchten)
 de president met zijn goed ________ (organiseren)
 veiligheidstroepen.

Slide 2 - Tekstslide

Nadat de leider zich tot de menigte had ________ (richten)
, ________ (vluchten)
de president met zijn goed ________ (organiseren)
veiligheidstroepen.

Slide 3 - Open vraag

H4 lezen - argumentatie (2)
Tekst: "Alleen goed spellen in een dictee?"


- Herhalen blokjesschema. 
- Tegenargumenten en weerleggingen herkennen in een tekst.
- Tegenargumenten en weerleggingen kunnen maken.


Slide 4 - Tekstslide

"Alleen goed spellen in een dictee?"
Lees de tekst oriënterend.

(titel, afbeeldingen, tussenkopjes, opvallende woorden, eerste alinea en laatste alinea)

Slide 5 - Tekstslide

Wat was de aanleiding van de auteur om deze column te schrijven?
A
Nu er de NIX-campagne is, moet er ook meer aandacht zijn voor werkwoordspelling.
B
Het ezelsbruggetje van 't ex-kofschip lijkt bij veel mensen vergeten te zijn.
C
Er is onlangs een onderzoek verschenen over werkwoordspelling.
D
Ze kreeg een berichtje van een kennis waarin een werkwoord fout gespeld was.

Slide 6 - Quizvraag

Welk excuus geeft de vriend van de auteur voor het feit dat hij een fout in de werkwoordspelling maakte? Vul aan:

Hij .................................................................., want ..........................................................

Slide 7 - Open vraag

Lees alinea 2
Hij had even geen zin om erover na te denken, want hij schreef een whatsapp, geen dictee.
 
De auteur van de tekst is het niet met de opvatting van haar kennis (en meer mensen) eens. Aan welk signaalwoord kun je zien waar haar weerlegging begint? (al. 2)

Slide 8 - Tekstslide

Aan welk signaalwoord kun je zien waar haar weerlegging begint? (al. 2)

Slide 9 - Open vraag

Blokjesschema's maken
1. Open blokjesschema  1 en 2 via studiewijzer - lezen. 
2. Zet de weerlegging van de auteur in blokjesschema 1. Kijk hiervoor naar alinea 2
3. Zet de redenering uit alinea 3 in blokjesschema 2. Gebruik bovenin het volgende standpunt: Het is geen wonder dat zoveel mensen nog dt-fouten maken.
 


1
2

Slide 10 - Tekstslide