2-23 Voorbereiding op 4T AG
1 / 16
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoeveel Ampere is 40 mA
A
4
B
0,4
C
0,04
D
0,004
Slide 2 - Quizvraag
Wat is de afkorting voor spanning?
A
I
B
V
C
A
D
U
Slide 3 - Quizvraag
Wat is het symbool voor de eenheid van energie?
A
E
B
J
C
W
D
P
Slide 4 - Quizvraag
Wat is niet een spanningsbron
A
Stopcontact
B
Batterij
C
dynamo
D
Generator
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel volt geven de alkaline batterijen?
A
0V
B
6V
C
4,5V
D
3V
Slide 6 - Quizvraag
Wt weet je van de stroom in een schakeldiagram?
A
Overal hetzelfde
B
Neemt af
C
Neemt toe
Slide 7 - Quizvraag
Als de spanning in een schakeldiagram 8V is, en er zijn drie gloeilampen in serie geschakeld, wat is de spanning over 1 gloeilamp?
A
8V
B
0V
C
2V
D
2,7V
Slide 8 - Quizvraag
Hoe schakel je een ampèremeter?
A
Serie
B
parallel
Slide 9 - Quizvraag
Hoe schakel je een voltmeter?
A
serie
B
parallel
Slide 10 - Quizvraag
Wat beweegt bij een elektrische stroom?
A
Atomen
B
Protonen
C
Elektronen
D
neutronen
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel kW is 300 W?
A
3
B
0,3
C
0,03
D
0,003
Slide 12 - Quizvraag
Hoeveel kWh energie verbruikt een 60W gloeilamp in 1 uur 30 minuten
A
90
B
0,09
C
78
D
0,078
Slide 13 - Quizvraag
Gebruik de formule P=U x I, en spanning is 230V. Wat is de stroom door een wasmachine met P = 1700W
A
7,4
B
391
C
0,14
D
50
Slide 14 - Quizvraag
Een zekering beschermt tegen
A
Brandt
B
Kortsluiting
C
Overbelasting
D
Overbelasting en kortsluiting
Slide 15 - Quizvraag
Als je 3,6 kWh per dag verbruikt aan energie, energie kost 0,23 euro/kWh, hoeveel geld ben je dan in 1 jaar kwijt?
A
3 02,22
B
0,83
C
230
D
2 300
