Begrijpend lezen 3 vwo week 39

Doel van de les
Je leert:
- het onderwerp van een tekst vinden
- hoofd- en bijzaken van elkaar te onderscheiden
- de hoofdgedachte verwoorden
- woordraadstrategieën in te zetten
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Doel van de les
Je leert:
- het onderwerp van een tekst vinden
- hoofd- en bijzaken van elkaar te onderscheiden
- de hoofdgedachte verwoorden
- woordraadstrategieën in te zetten

Slide 1 - Tekstslide

Met welke leesstrategie vind je het onderwerp van een tekst?
A
oriënterend lezen
B
globaal lezen
C
precies lezen
D
zoekend lezen

Slide 2 - Quizvraag

Een tekst heeft een argumentatiestructuur. Welke inhoud verwacht je dan in de inleiding, de kern en het slot?
A
inl: vraag, kern: antwoorden, slot: beste antwoord
B
inl: probleem, kern: mogelijke oplossing, slot: beste oplossing
C
inl: onderwerp, kern: diverse informatie over ond., slot: samenvatting
D
inl: stelling, kern: argumentatie, slot: conclusie

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor 'samengaan'
A
benaderen
B
afzweren
C
integreren
D
inheemsen

Slide 4 - Quizvraag

Welke uitdrukking past bij 'je goed voelen'
A
het tij tegen hebben
B
zich achter de oren krabben
C
benaderen
D
goed in je vel zitten

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een synoniem voor 'onderdrukking en bedreiging'
A
vertekend
B
verloochenen
C
vervolging
D
stereotiep

Slide 6 - Quizvraag

Werkwijze
Je leest een krantenartikel en beantwoordt de vragen.
De antwoorden vergelijken we met elkaar.
We bespreken wat je geleerd hebt van deze les.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het onderwerp
van deze tekst?

Slide 8 - Woordweb

Wat zijn de deelonderwerpen van deze tekst?

Slide 9 - Open vraag

Hoe trekt de schrijver de aandacht in de inleiding van de tekst?
A
Door een anekdote te vertellen.
B
Door de opbouw van de tekst te beschrijven.
C
Door de aanleiding van het schrijven te noemen.
D
Door een korte samenvatting te geven.

Slide 10 - Quizvraag

Zoek in de kern van de tekst naar een opsommend, chronologisch, tegenstellend of toelichtend verband. Citeer deze zin (schrijf de eerste twee en laatste twee woorden van de zin op). Noem ook het signaalwoord dat bij dit tekstverband past.

Slide 11 - Open vraag

Wat is de
hoofdgedachte van
deze tekst?

Slide 12 - Woordweb

Welke tekststructuur heeft deze tekst? Verklaar met behulp van de inhoud van inleiding-kern-slot.aspectenstructuur, probleem-oplossingsstructuur, voor- en nadelenstructuur, vraag/antwoordstructuur, argumentatiestructuur, verklaringsstructuur

Slide 13 - Woordweb

Wat heeft deze les je opgeleverd?
A
Veel nieuws geleerd.
B
De theorie kende ik al, maar ik kan het nu beter toepassen.
C
Ik heb goed geoefend, maar vind het nog steeds moeilijk.
D
Niets, ik ben hier al heel goed in.

Slide 14 - Quizvraag

Kies nu wat je verder gaat doen:
A
De uitlegfilmpjes over begrijpend lezen bekijken.
B
Oefenen met Quizlet.
C
Meer informatie over het onderwerp opzoeken.
D
Zelf een nieuwsbericht schrijven.

Slide 15 - Quizvraag