Hoofdstuk 3 Krachten paragraaf 3 Nettokracht

Nakijken 


opdracht 1-2-3-4 BLZ 136-137
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nakijken 


opdracht 1-2-3-4 BLZ 136-137

Slide 1 - Tekstslide

Nakijken
Opdracht 6A

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken

Opdracht 6 vervolg

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken 


opdracht 9-10 BLZ 140-141

Slide 4 - Tekstslide

Hoofdstuk 3 Krachten paragraaf 3 Nettokracht 

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen

3.3.1 Je kunt drie situaties beschrijven waarin de zwaartekracht en een andere kracht elkaar in evenwicht houden.
3.3.2 Je kunt uitleggen op welke manier de andere kracht in deze evenwichtssituaties ontstaat.
3.3.3 Je kunt de nettokracht berekenen die op een voorwerp werkt (in situaties waarbij alle krachten langs dezelfde lijn werken).
3.3.4 Je kunt beschrijven hoe de zwaartekracht, de spankracht en de opwaartse kracht elkaar in evenwicht houden tijdens de tewaterlating van een boot. (extra stof)

Slide 6 - Tekstslide

evenwicht
Op de tas werken 2 krachten namelijk zwaartekracht en veerkracht.

De zwaartekracht werkt omlaag en de veerkracht omhoog.

Slide 7 - Tekstslide

evenwicht
De krachten zijn beide even groot.

De krachten houden elkaar dus in evenwicht. 

De tas hangt dan ook stil.

Slide 8 - Tekstslide

uitrekken en indrukken


Bij deze krat zijn de spankracht en de zwaartekracht in evenwicht.


Slide 9 - Tekstslide

Normaalkracht
Er is nog een andere kracht die vaak evenwicht maakt met de zwaartekracht. 

Het tafelblad wordt door de schaal een heel klein beetje ingedrukt.
 Daardoor ontstaat een kracht die recht omhoog werkt: de normaalkracht (Fn). 
De normaalkracht maakt evenwicht met de zwaartekracht, zodat de schaal niet naar beneden valt.

Slide 10 - Tekstslide

Nettokracht
Om een evenwicht te krijgen moet er aan 3 voorwaardes voldaan worden:

• de krachten zijn even groot;

• de krachten liggen op dezelfde lijn (in elkaars verlengde);

• de krachten hebben een tegengestelde richting.

Slide 11 - Tekstslide

Nettokracht
Als krachten evenwicht maken, lijkt het alsof er geen kracht op het voorwerp werkt. 

Je zegt in dat geval dat de nettokracht op het voorwerp 0 N is.

 De nettokracht is de optelsom van alle krachten samen. 
De nettokracht wordt ook wel ‘resulterende kracht’ of ‘resultante’ genoemd.

Slide 12 - Tekstslide

Nettokracht
Om de nettokracht op een voorwerp te vinden, pas je twee regels toe:
• krachten in dezelfde richting tel je bij elkaar op;
• krachten in tegengestelde richting trek je van elkaar af.

Slide 13 - Tekstslide

oefenen
Je ziet twee krachten die op een doos werken.
F1 is 15 N en F2 is 25 N.
Bereken de nettokracht op de doos.

gegevens
F1 = 15 N, naar links
F2 = 25 N, naar rechts

gevraagd
nettokracht = ?


Slide 14 - Tekstslide

oefenen
Joey doet een wedstrijdje armpjedrukken tegen zijn vader. Om het eerlijker te maken helpt zijn zus ook mee. Vader duwt met een kracht van 189 N naar rechts. Joey duwt met een kracht van 123 N naar links, zijn zus met 68 N.
Bereken welke partij aan de winnende hand is.
gegevens
Fvader = 189 N
FJoey = 123 N
Fzus = 68 N

gevraagd
Fres = ?


Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk

Opdracht 1-2 BLZ 148
opdracht 4 BLZ 149
opdracht 6 BLZ 150
opdracht 7 BLZ 151
opdracht 8 BLZ 152

Slide 16 - Tekstslide