SO H4.1 t/m H4.3

SO H4.1 t/m H4.3- Elektriciteit
-Zorg dat je bij berekenvragen altijd de formule noteert!
-Bij een meerkeuze is 1 antwoord goed tenzij anders aangegeven
-ZORG DAT JE ALLEEN LESSONUP OPEN HEBT STAAN. ANDERE PAGINA'S OF PROGRAMMA'S ZORGEN VOOR EEN 1,0
-REKENMACHINE OP COMPUTER NIET TOEGESTAAN
-Klaar? Ga in stilte bezig in je leesboek (geen laptop of telefoon)

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

SO H4.1 t/m H4.3- Elektriciteit
-Zorg dat je bij berekenvragen altijd de formule noteert!
-Bij een meerkeuze is 1 antwoord goed tenzij anders aangegeven
-ZORG DAT JE ALLEEN LESSONUP OPEN HEBT STAAN. ANDERE PAGINA'S OF PROGRAMMA'S ZORGEN VOOR EEN 1,0
-REKENMACHINE OP COMPUTER NIET TOEGESTAAN
-Klaar? Ga in stilte bezig in je leesboek (geen laptop of telefoon)

Slide 1 - Tekstslide

Noem drie geleiders EN drie isolatoren

Slide 2 - Open vraag

Welke schakelingen zijn parallel schakelingen?

Slide 3 - Open vraag

Stroomsterkte meten we in.......

Slide 4 - Open vraag

Welke spanning komt uit het stopcontact?

Slide 5 - Open vraag

Naomi heeft een stroommeter met drie meetbereiken: 0-50 mA, 0-500 mA en 0-5 A. De stroomsterkte die ze wil meten, ligt tussen 350 en 1250 mA.
Welk meetbereik kan ze daarvoor het beste gebruiken?
A
0-5mA
B
0-500mA
C
0-5A

Slide 6 - Quizvraag

Waarom brandt het lampje in dit geval niet?

Slide 7 - Open vraag

Hoe noem je een apparaat die de spanning omlaag brengt?

Slide 8 - Open vraag

Een bruikbare vuistregel is dat spanningen tot ........ geen risico opleveren.
A
230 V
B
26 V
C
14 V
D
24 V

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de totale spanning van combinatie ''B'' als elke batterij 1,5 V is.
A
3 V
B
6 V
C
1,5 V
D
0 V

Slide 10 - Quizvraag

Hoe zijn de stopcontacten in huis geschakeld?
A
Serie
B
Parallel

Slide 11 - Quizvraag

Stel je hebt een spanningsbron van 12 V en 6 lampjes die in serie staan. Hoeveel spanning krijgt elk lampje?

Slide 12 - Open vraag

Door lampje 3,4 en 5 loopt een stroom van 0,20 A (per lampje). Bereken de stroomsterkte door lampje 1.

Slide 13 - Open vraag

Jesse heeft een speaker gekocht. De speaker werkt op een spanning van 8 V. Kan Jesse beter 5x een AA batterij (1,5V) er op aansluiten of een 9V batterij. Leg je antwoord uit.

Slide 14 - Open vraag

Is het een serieschakeling of een parallelschakeling?
A
Serie
B
Parallel
C
Geen van beide
D
Beide

Slide 15 - Quizvraag

Door lampje 1, 2, 3 en 4 stroomt elk 150 mA. Wat is de totale stroomsterkte die de spanningsbron levert?
A
150 mA
B
300 mA
C
600 mA
D
1050 mA

Slide 16 - Quizvraag

Bekijk de stroomkring hiernaast.
De batterij geeft een spanning van 1,5 V

Op welke plaats kan ik de totale stroomsterkte meten?

A
Vierkant
B
Driehoek
C
Pijl
D
Ruit

Slide 17 - Quizvraag

Een schakeling heeft drie vertakkingen. De spanning over de takken is 1,5 V.

Wat is de spanning van de bron?

Slide 18 - Open vraag

Een schakeling heeft vier vertakkingen. De stroomsterkte in de takken is 1,2 mA. Wat is de totale stroomsterkte?

Hoe groot is de totale stroomsterkte door de vier takken samen?
A
1,2 mA
B
2,4 mA
C
3,6 mA
D
4,8 mA

Slide 19 - Quizvraag

De batterij geeft een stroomsterkte van 4,6 A.
Door lampje 2 gaat 2,0 A en door lampje 4 loopt 1,3 A.
Wat is de stroomsterkte door lampje 3?
A
2,3 A
B
4 A
C
1,3 A
D
1 A

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de stroomsterkte op de afbeelding?

Slide 21 - Open vraag

TEKENOPDRACHT: Teken een parallelschakeling met een batterij, draden, drie lampjes en een schakelaar. Je moet via de schakelaar 1 van de drie lampjes apart kunnen schakelen. Vul hieronder in: ''gedaan''.

Slide 22 - Open vraag

Een stroommeter meet de stroomsterkte. Wat meet een stroommeter nou eigenlijk? Leg uit.

Slide 23 - Open vraag

452 mA=
A
0,452A
B
45200A
C
4,52A
D
4520A

Slide 24 - Quizvraag

5,75 A=
A
57,5 mA
B
5750 mA
C
0,575 mA
D
0,00575 mA

Slide 25 - Quizvraag

In de afbeelding hieronder wordt een extra lampje parallel geplaatst. De totale weerstand zal hierdoor ...
A
Toenemen
B
Afnemen
C
Gelijk blijven

Slide 26 - Quizvraag

Je sluit 2 weerstanden van 10 Ohm parallel aan. Hoe groot is de totale weerstand?
A
10 Ohm
B
20 Ohm
C
5 Ohm
D
100 Ohm

Slide 27 - Quizvraag

Een weerstand van 12 Ohm staat in serie met een weerstand van 5 Ohm. De vervangingsweerstand is
A
17 Ohm
B
7 Ohm
C
8,5 Ohm
D
Kleiner dan 5 Ohm

Slide 28 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de stroomsterkte als ik een weerstand in serie toevoeg?
A
Die neemt af
B
Die blijft gelijk
C
Die neemt toe
D
Dat hangt van de weerstand af.

Slide 29 - Quizvraag

Toets is klaar
KLIK RECHTS ONDERIN OP HET KRUISJE EN LEVER JE TOETS IN. Ga vervolgens in stilte wat lezen in je leesboek. Geen laptops of telefoons

Slide 30 - Tekstslide