Zorg en WelzijnVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Werken in de facilitaire dienst
Slide 1 - Tekstslide
Wat wordt er bedoeld met 'periodieke schoonmaak'?
A
iets dagelijks reinigen
B
iets heel vaak reinigen
C
iets met vaste regelmaat reinigen
D
iets af en toe reinigen
Slide 2 - Quizvraag
Wat wordt bedoeld met 'schoonmaak frequentie'?
A
hoe je iets schoonmaakt
B
op welk moment je iets schoonmaakt
C
hoe vaak je iets schoonmaakt
D
waarmee je iets schoonmaakt
Slide 3 - Quizvraag
Wat gebruik je voor het schoonmaken van de woonkamer?
A
reinigingsmiddel
B
desinfecteermiddel
C
onderhoudsmiddel
D
oplosmiddel
Slide 4 - Quizvraag
Wat gebruik je voor het aanbrengen van een extra beschermlaagje op je leren bank?
A
reinigingsmiddel
B
desinfecteermiddel
C
onderhoudsmiddel
D
oplosmiddel
Slide 5 - Quizvraag
Wat gebruik je als je wil dat de meeste micro-organismen dood gaan?
A
reinigingsmiddel
B
desinfecteermiddel
C
onderhoudsmiddel
D
oplosmiddel
Slide 6 - Quizvraag
Voor het schoonmaken van de keuken gebruik je meestal dit schoonmaakmiddel.
A
chloor
B
Glassex
C
terpentine
D
allesreiniger
Slide 7 - Quizvraag
Voor het schoonmaken van de verfkwasten gebruik je meestal dit schoonmaakmiddel.
A
chloor
B
Glassex
C
terpentine
D
allesreiniger
Slide 8 - Quizvraag
Voor het schoonmaken van het toilet gebruik je meestal dit schoonmaakmiddel.
A
chloor
B
Glassex
C
terpentine
D
allesreiniger
Slide 9 - Quizvraag
Je gaat de kamer schoonmaken. In welke volgorde moet je dit doen? Sleep nr. 1 bij wat je als eerst moet doen en nr. 5 bij wat je als laatst moet doen. Denk hierbij aan de schoonmaakregels!
dweilen
kasten afstoffen
spinrag verwijderen van het plafond
salontafel klamvochtig afnemen
stofzuigen
1
2
3
4
5
Slide 10 - Sleepvraag
Hieronder zie je 4 afbeeldingen. Sleep de juiste afbeelding naar de bijbehorende omschrijving.
bijtende stof
schadelijk voor mens en milieu
brandgevaarlijk
(zeer) giftige stof
Slide 11 - Sleepvraag
Je gaat strijken en je begint met het platgoed. Wat is platgoed?
Slide 12 - Open vraag
In de schoonmaak worden vaak pictogrammen gebruikt. Wat is de betekenis van de afbeelding hiernaast?
Slide 13 - Open vraag
Wat betekenen de wassymbolen? Sleep het juiste antwoord naar de bijbehorende afbeelding
Bleken
niet strijken
Wassen op 40°C
Slide 14 - Sleepvraag
Wassen in de wasmachine
Hardheid van het water (kalkgehalte)
Kleur van de was
Hoe vuil is de was
Hoeveelheid wasmiddel: check hardheid water en hoe vuil het was is.
Slide 15 - Tekstslide
Een goede werkhouding is belangrijk. Wat is hier een ander woord voor?
A
economie
B
ergonomie
C
evacuatie
D
evaluatie
Slide 16 - Quizvraag
Welke functies kan beroepskleding hebben? Sleep de juiste antwoorden naar het vak beroepskleding.
Beroepskleding
representatief
comfortabel
hygiëne
herkenbaarheid
handig
bescherming
Slide 17 - Sleepvraag
Lars komt uit school. Het raam van zijn slaapkamer staat open. Lars gaat op zijn kamer huiswerk maken. Na een tijdje merkt Lars dat hij het koud heeft. Welke 2 adviezen kan je Lars geven waardoor hij het op een milieubewuste manier warmer kan krijgen?