les 3 en 4 herhalen 1.4 en 7.3

les 3 (en 4) herhalen 1.4 en 7.3
dinsdag 9 april 
donderdag 11 april 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

les 3 (en 4) herhalen 1.4 en 7.3
dinsdag 9 april 
donderdag 11 april 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom H2b! Start met lezen
Planning
Startopdracht
Herhalen Lezen 1.4
Zelfstandig oefenen
Herhalen Spelling 7.3 
Zelfstandig oefenen
Afsluiting
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht: 
Verdeel deze zinnen in zinsdelen en benoem de zinsdelen 
pv, ow en wg of ng, lv en mv: |....|pv|......|.....|
1. De tv doet verslag van voetbalgeweld. 
2. Ik heb een wit voetje gehaald bij 
mijn docent.  
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

De tv | doet | verslag | van voetbalgeweld.
pv = doet
ow = de tv
wg= doet
lv = verslag 

Ik  | heb | een wit voetje | gehaald | bij mijn docent. 

pv = heb
ow = ik
wg = heb gehaald
lv = een wit voetje
mv = --


Doel: herhaling






1.4 Je leert feiten, meningen
en argumenten onderscheiden in een tekst.
---
7.3 Je leert leenwoorden op de juiste manier spellen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden in de tekst van een:
(blz.26)
  • Mening/standpunt (wat jij vindt)
ik vind, dus, volgens mij, kortom, ik denk dat, 
mijn mening hierover is, daarom, 
onze conclusie is, etc.
  • Argument (waarom jij dat vindt)
want, omdat, immers, dat blijkt uit, namelijk, 
de reden hiervoor is, etc.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig oefenen 1.4
Maak opdracht 6: 
vraag 2 t/m 6 !
timer
15:00

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tussendoortje / pauze 
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

herh.7.3 regels leenwoorden blz.252
  1. Regels bij Engelse leenwoorden: 
  • samenstellingen als één woord: eyecatcher 
  • rechter woord Engels voorzetsel? dan koppelteken: back-up
  • Woordgroepen schrijf je los: first lady 

2. Regels bij Franse leenwoorden: 
  • Veel woorden zónder accenttekens: compote, ragout
  • Wél accent op de e als dat nodig is voor de uitspraak: 
         pate > paté (accent aigu) 
         creme > crème (accent grave)
         crepe > crêpe (accent circonflexe)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig oefenen 7.3
1. Dictee leenwoorden 7.3 
2. Maak opdracht. 5 en 6 blz. 253
timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting 
Wat betekent:
  1. boter bij de vis
  2. de kous op de kop krijgen? 
  3. >>>
----
Huiswerk: leer theorie 1.4 blz. 26 en theorie 7.3 blz. 252 
timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

les 3 (en 4) herhalen 1.4 en 7.3

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom H2b! Start met lezen
Planning
Startopdracht
Herhalen Lezen 1.4
Zelfstandig oefenen
Herhalen Spelling 7.3 
Zelfstandig oefenen
Afsluiting
timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht
Maak een tekening bij een uitdrukking van blz. 100. 

Laat je buurman/vrouw raden wat de uitdrukking is. 

Wat is de betekenis ervan? 
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel: herhaling






1.4 Je leert feiten, meningen
en argumenten onderscheiden in een tekst.
---
7.3 Je leert leenwoorden op de juiste manier spellen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig oefenen 1.4
Maak de oefentoets. 
Antwoorden in je schrift! 
timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tussendoortje / pauze 
timer
3:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

herh.7.3 regels leenwoorden blz.252
  1. Regels bij Engelse leenwoorden: 
  • samenstellingen als één woord: eyecatcher 
  • rechter woord Engels voorzetsel? dan koppelteken: back-up
  • Woordgroepen schrijf je los: first lady 

2. Regels bij Franse leenwoorden: 
  • Veel woorden zónder accenttekens: compote, ragout
  • Wél accent op de e als dat nodig is voor de uitspraak: 
         pate > paté (accent aigu) 
         creme > crème (accent grave)
         crepe > crêpe (accent circonflexe)

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dictee leenwoorden 7.3
Schrijf de dictee woorden 
in je schrift. 
En maak de oefentoets)
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting 
Huiswerk: leer theorie 1.4 blz. 26 en theorie 7.3 blz. 252
timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies