Spelling hoofdstuk 5 brugklas

NAAM!
Ik hoop dat je je naam in hebt gevuld in het beginscherm. Je docent kan dan met je meekijken.

Hartelijk dank.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

NAAM!
Ik hoop dat je je naam in hebt gevuld in het beginscherm. Je docent kan dan met je meekijken.

Hartelijk dank.

Slide 1 - Tekstslide

Spelling hoofdstuk 5
deel 1 & 2
Deel 1: het bijvoeglijk naamwoord
Deel 2: deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord

Slide 2 - Tekstslide

Het bijvoeglijk naamwoord
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets meer over het zelfstandig naamwoord en staat er meestal voor (grammatica woordsoorten). 
Een financiële bijdrage/ Een frisse appel
Verder heb je stoffelijk bijvoeglijke naamwoorden: 
De zilveren ring/ De plastic tas
Lees de theorie op blz. 154 goed door en/of bekijk het filmpje in de dia hierna.

Slide 3 - Tekstslide

Hoe spel je het bijvoeglijk naamwoord?
Dat hangt af van het lidwoord dat je gebruikt voor het zelfstandig naamwoord. Lees de zinnen hieronder goed door. Wat valt je op aan de spelling van de bijvoeglijke naamwoorden?

* het mooie kind - een mooi kind
* de rode stoel - een rode stoel
* het digitale schoolbord - een digitaal schoolbord
Weet je het al? Wanneer het lidwoord 'het' bij een zelfstandig naamwoord hoort dan spel je het bijvoeglijk naamwoord bij het onbepaald lidwoord 'een' kort.
Dat geldt ook voor verkleinwoorden een klein boompje - een rood stoeltje etc.

Slide 4 - Tekstslide

In de volgende dia volgt een uitlegfilmpje over het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Aan de slag met deel 1
- Lees de theorie goed door;
- Lees de vraag goed door;
- Let op! Opdracht 5 is een opdracht ch, g en gg. Schrijf bij deze opdacht de woorden over.

Slide 7 - Tekstslide

Deel 2
De spelling van het onvoltooide en voltooide deelwoorden die je gebruikt als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 8 - Tekstslide

Lees de theorie op blz. 156 goed door!


opdr. 1: onthoud dat het onvoltooid deelwoord wordt gespeld door het hele werkwoord + d. Het huilende kind.
opdr. 2: 1. de betalende klant / de betaalde rekening

Op de volgende dia volgt nog een filmpje met uitleg over het bijvoeglijk naamwoord gebruikt als voltooid of onvoltooid deelwoord.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video