Periode 2 - Les 3 - Bloed - hypotensie - hypertensie - shock

Periode 2 
Bloed, hypertensie, hypotensie, shock
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Periode 2 
Bloed, hypertensie, hypotensie, shock

Slide 1 - Tekstslide

Bloedstolling

Slide 2 - Tekstslide

5

Slide 3 - Video

Welke vitamine is belangrijk bij de bloedstolling?
A
Vitamine A
B
Vitamine D
C
Vitamine C
D
Vitamine K

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Video


Welke bloeddeeltjes spelen de belangrijkste rol bij de bloedstolling?
A
De bloedplaatjes
B
Rode bloedcellen
C
Witte bloedcellen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de goede volgorde bij bloedstolling?
1 Er vormt zich een netwerk van draden
2 Fibrinogeen wordt omgezet in Fibrine
3 Bloedvat wordt nauwer
4 Bloedplaatjes klonteren samen en knappen open
A
1-2-3-4
B
4-2-3-1
C
3-4-1-2
D
3-4-2-1

Slide 7 - Quizvraag

Bloeddruk

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wanneer wordt de bovendruk van de bloeddruk gemeten?
A
Tijdens de diastole van het hart
B
Tijdens de systole van het hart

Slide 10 - Quizvraag

Waar is de bloeddruk het hoogste?
A
venen
B
arteriën
C
arteriolen

Slide 11 - Quizvraag

Vergelijk de aorta met de longslagader.

De bloeddruk in de aorta is .......... de bloeddruk in de longslagader
A
gelijk aan
B
hoger dan
C
lager dan

Slide 12 - Quizvraag

Hypertensie

Slide 13 - Tekstslide

Hypertensie/hoge bloeddruk

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Heel belangrijk!!!!!
  • Hypertensie geeft  nauwelijks klachten                              'Waarom medicatie  gebruiken, ik heb nergens last van...?'
  • Antihypertensiva kunnen bijwerkingen geven                           'Krijg ik ook nog last van bijwerkingen....'
  • Toch is therapietrouw heel belangrijk!

Slide 18 - Tekstslide

Bloeddrukregeling

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Antihypertensiva

Slide 21 - Tekstslide

Hypotensie

Slide 22 - Tekstslide

Welke klachten verwacht je bij een hypotensie/lage bloeddruk?

Slide 23 - Open vraag

Klachten bij hypotensie
  1. Duizeligheid (door beweging)
  2. Flauwvallen
  3. Licht in het hoofd
  4. Vermoeidheid
  5. Hartkloppingen

Slide 24 - Tekstslide

Wanneer hypotensie?
  • Systole onder de 100
  • Diastole onder de 60

Afhankelijk van geslacht
Orthostatische hypotensie  

Slide 25 - Tekstslide

Risicofactoren
Bloeddrukverlagende medicijnen
Uitdroging
Zenuw- of hormoonproblemen
  • Zeldzame oorzaak: hormoonafwijkingen (bijvoorbeeld te lage hoeveelheid stresshormonen) en een verstoorde bloeddrukregulatie ten gevolge van zenuwschade (bijvoorbeeld bij lang bestaande suikerziekte of bij de ziekte van Parkinson).
Ernstige ziekte
  • Bloeding, sepsis, allergische reactie, hartinfarct of ernstige ritmestoornissen

Orthostatische hypotensie > let op valrisico! 




Slide 26 - Tekstslide

Shock

Slide 27 - Tekstslide

Wanneer een cliënt in shock is dan is de bloeddruk ...
A
te hoog
B
te laag

Slide 28 - Quizvraag

Psychische shock

Acute stressstoornis
als je iets ergs mee maakt
Lichamelijke shock

De bloeddruk in de bloedvaten is te laag. De belangrijkste lichamelijke (vitale) functies vallen daardoor uit


Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Shockverschijnselen
  • een koud, klam, bleek en ingevallen gezicht
  • dalende urineproductie
  • snelle hartslag
  • snelle ademhaling
  • misselijkheid en braken
  • tensiedaling
  • veranderingen in het gedrag
  • angst
  • geeuwen

Slide 31 - Tekstslide

Shockverschijnselen - nog een plaatje

Slide 32 - Tekstslide

Shock
Wat is het en wat zijn de signalen?

Hoe ontstaat het? Inwendig/uitwendig

Wat kun je eraan doen?

Shockspiraal

Slide 33 - Tekstslide

Wat doen witte bloedcellen?
A
Ze vervoeren zuurstof
B
Ze vervoeren afvalstoffen
C
Ze zorgen voor extra vulling van het bloed
D
Ze maken ziekteverwekkende stoffen onschadelijk

Slide 34 - Quizvraag

Wat zijn trombocyten
A
Bloedplaatjes
B
Witte bloedcellen
C
Rode bloedcellen
D
Bloedplasma

Slide 35 - Quizvraag

Erytrocyten zijn:
A
Witte bloedcellen
B
Rode bloedcellen
C
Bloedplaatjes

Slide 36 - Quizvraag

Filmpje

Slide 37 - Tekstslide

Volgende week
Slagaderverkalking en spataderen

Slide 38 - Tekstslide