V4 ges - p1 - les 2: Geschiedenis is een (re)constructie

Les 2: Geschiedenis is een (re)constructie
Thema 1
Per. 1
2022-2023
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 2: Geschiedenis is een (re)constructie
Thema 1
Per. 1
2022-2023

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Inleiding
  • Opdracht: Wie was Columbus?
  • Nabespreken
  • Uitleg: wat is geschiedenis?
  • Blondi
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht
Wie was Columbus?
  • Voor je ligt een blad met bronnen over Columbus. Lees deze aandachtig
  • Je hebt de bronnen gelezen.  Beantwoord de vraag Wie was Columbus?
  • .......... met een tekening. Je hebt 20 min. 
  • noteer op het blad welke bronnen je wel en welke je niet hebt gebruikt

Slide 3 - Tekstslide

Nabespreken
De tekeningen gaan rond. Bekijk elkaars tekeningen. Wat valt je op?
- Wat heb je gezien?
- Welke bronnen zijn er gebruikt? 
- Is een bron door iedereen op de zelfde manier geïnterpreteerd? 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

conclusie?
geschiedenis is een reconstructie
  • - iedereen kiest zijn eigen nadruk 
  • - en voegt zijn eigen interpretatie toe.
  • - de tijd

Slide 10 - Tekstslide

Uitleg
  • Je doet onderzoek naar Adolf Hitler na aanleiding van zijn hond. Je hebt 5 bronnen die mogelijk informatie zouden kunnen verschaffen over van Hitler.
  • Zet de bronnen nu eens op volgorde van belang. Welke zou je het meeste informatie opleveren en welke het minste?



Slide 11 - Tekstslide

Zet de bronnen nu eens op volgorde van belang. Welke zou je het meeste informatie opleveren en welke het minste?
Zet de bronnen op de juiste volgorde van belang (volgens jou). 


Slide 12 - Tekstslide

Waarom levert de ene bron nou meer informatie op dan de andere? Dan kan heel veel redenen hebben:
  • de ene bron gaat specifiek in op het onderwerp, de ander niet
  • de ene bron is secundair, de ander primair
  • de ene bron is geschreven en de ander ongeschreven
  • de ene bron is betrouwbaar, de andere niet
  • de ene bron is bruikbaar, de andere niet
  • feit? mening?
  • etc

Slide 13 - Tekstslide

Afsluiting
  • Wat heb je vandaag geleerd?
  • Zijn er nog vragen?

Slide 14 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 15 - Woordweb