Hoofdletters, apostrof en lastige spelling

Welkom! 
De les gaat vandaag over:
- Hoofdletters
- Apostrof 
- Lastige spelling 
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom! 
De les gaat vandaag over:
- Hoofdletters
- Apostrof 
- Lastige spelling 

Slide 1 - Tekstslide

Programma
- Instructie hoofdletters en apostrof 

- Dictee quiz  (als er tijd is

- maken opdrachten  uit boek  (opdracht 7, 8 blz. 173) en extra materiaal

- Evaluatie 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je leert de regels voor hoofdletters en apostrof. 

  • Je kunt moeilijke woorden op de juiste manier spellen. 

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdletters en kleine letters
theorie 95-96 blz. 261-262
- Namen: Anne Frank, Lodewijkstraat, Kruidvat, Ajax
- Namen van merken: Appelsientje, Becel
> geen associatie > spa rood, dieselmotor

- Goden en heilige zaken: het Opperwezen, God, de Bijbel
> geloofsovertuiging kleine letter: protestanten, islamieten, christenen

- Feestdagen: Pasen > paasfeest, Moederdag 

Slide 4 - Tekstslide

Hoofdletters
- Aardrijkskunde namen en afgeleide woorden: New Yorker

- Namen van boeken, films, series: Game of thrones, Boven is het stil

- Perioden: middeleeuwen, renaissance

- Historische gebeurtenissen: Tweede Wereldoorlog

Slide 5 - Tekstslide

Hoofdletters
- Namen: 
* mevrouw Van den Brink 
* mevrouw P. van den Brink 
* mevrouw P. van den Brink - de Koning 
* mevrouw Van den Brink - de Koning 

Slide 6 - Tekstslide

Hoe schrijf je de titel van dit boek?
A
De Passievrucht
B
de passievrucht
C
De passievrucht
D
De passievrucht.

Slide 7 - Quizvraag

Welk antwoord is goed gespeld?
A
Tweede-Wereldoorlog
B
Jeugd journaal
C
prehistorie
D
Mevrouw van den Brink

Slide 8 - Quizvraag

Welk antwoord is goed gespeld?
A
Tweede Wereldoorlog
B
Noorden
C
boeddha
D
Middeleeuwen

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
t-shirt
B
Prinsjesdag
C
meneer de Groot
D
Middeleeuwen

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
kerstmis
B
Christenen
C
X-benen
D
koran

Slide 11 - Quizvraag

Apostrof 
- Verkeerd lezen: lama`s, ski`s, paraplu`s
* garages, douches, dominees 

- Bij de -y (medeklinker ervoor): lolly`s / cowboys

- Verkleinwoorden op -y (medeklinker ervoor): lolly`tje / cowboytje

- Afkortingen en letters: gsm`s, twee m`s

Slide 12 - Tekstslide

Apostrof 
Theorie 97 blz. 262
- Verkleinwoorden na een afkorting: app'je, dvd`tje 

- Voor een achtervoegsel: CDA'er, hbo'er, A4’tje > A4-papier 

- Bezitsrelaties op een -a,i,o,u en y (met een medeklinker)Tanja`s verzameling / Sannes verzameling
- Bij een sisklank: Alex’ verzameling

- Weglaten van letters: `s avonds / jus d’orange 

Slide 13 - Tekstslide

Waar is de apostrof onjuist geplaatst?
A
Levi's spijkerbroek
B
Felix's studie
C
Otto's huis
D
Sannes huis

Slide 14 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A
s avond's, Truus' excuses, pappaas
B
Papa's, Truus's excuses, s'avonds
C
's avonds, Truus' excuses, papa's
D
Papa's, Truus' excuses, s'avonds

Slide 15 - Quizvraag

In welk rijtje krijgen alle woorden een apostrof om het meervoud te vormen?
A
loempia / pony / sudoku
B
hobby / paraplu / groente
C
spray / jury / opa
D
etalage / bureau / garage

Slide 16 - Quizvraag

Welke twee meervouden zijn juist?
A plumeaus B plumeau`s
C babys D baby`s
A
A + C
B
A + D
C
B + C
D
B + D

Slide 17 - Quizvraag

Welk antwoord is fout gespeld?
A
cowboy`tje
B
lolly`tje
C
CDA`ers
D
A3`tje

Slide 18 - Quizvraag

DICTEE
als er tijd is

Slide 19 - Tekstslide

Welk antwoord is juist?
A aartsvijand B aardsvijand
C abonnee D abbonee
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 20 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A accomodatie B accommodatie
C acuut D accuut
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 21 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A agressief B aggressief
C accoord D akkoord
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 22 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A apartement B appartement
C asprine D aspirine
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 23 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A beruchste B beruchtste
C burgelijk D burgerlijk
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 24 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A kaissière B caissière
C comissie D commissie
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 25 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A dichtstbijzijnde B dichstbijzijnde
C enigzins D enigszins
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 26 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?
A onmiddellijk B onmiddelijk
C verassing D verrassing
A
A + C
B
B + C
C
A + D
D
B + D

Slide 27 - Quizvraag

Vragenrondje
Wat is jou nog niet duidelijk?

Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk: 
- Maken meervoud, verkleinwoorden, bijvoeglijk naamwoord, hoofdletters, apostrof en lastige spelling opdracht 

Slide 29 - Tekstslide

Ik heb de uitleg:
A
niet begrepen
B
beetje begrepen
C
goed begrepen
D
heel goed begrepen

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video