WP 2 + 6, les 7 + 8

Vandaag

-Inchecken & successen delen!
-Vragen?
- Werkproces 2
- LOB > trajectlijnverslag en kenmerken

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Vandaag

-Inchecken & successen delen!
-Vragen?
- Werkproces 2
- LOB > trajectlijnverslag en kenmerken

Slide 1 - Tekstslide

Hoe zit je hier vandaag?
A
B
C

Slide 2 - Quizvraag

Vragen?

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen werkproces 2
  • Je beschrijft de kenmerken en doelen van voorlichting en advies
  • Je beschrijft hoe je op planmatige wijze voorlichting en advies geeft
  • Je luistert aandachtig naar de zorgvrager en het sociale netwerk
  • Je geeft vraaggericht advies ten behoeve van het versterken van de eigen kracht en het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid van de zorgvrager(s).
  • Jouw advies is afgestemd op de beleving, behoefte en mogelijkheden van de zorgvrager en zijn of haar situatie
  • Je benoemt welke voorlichtingsmaterialen en middelen je kunt inzetten bij het geven van voorlichting en advies
  • Je legt uit hoe je de zorgvrager en/of zijn naasten op methodische wijze instructie geeft



PAK OOK HET WERKBOEKJE VAN WERKPROCES 2 ERBIJ


Slide 4 - Tekstslide

Eindopdracht werkproces 2
Opdracht 2:

Werk de volgende onderwerpen uit: 

Opdracht 3:
Je kiest een zorgvrager uit in je BPV, waarbij je voorlichting gaat geven. Voor deze voorlichting voer je de volgende stappen uit: 

Slide 5 - Tekstslide

Woordweb maken
Op het bord maken we een woordweb. 

Geef aan welke zaken jij belangrijk vindt m.b.t. jouw gezondheid

Slide 6 - Tekstslide

Veranderende visie
Van ZIEKTE en ZORG naar

GEZONDHEID EN GEDRAG

De focus ligt op het behouden en verbeteren van gezondheid

Slide 7 - Tekstslide

In werkproces 2 staat als VZ IG de rol van gezondheidsbevorderaar centraal.
Hoe geef jij op je werk invulling aan je rol als gezondheidsbevorderaar?

Slide 8 - Open vraag

Hoe vaak per werkdag geef je
advies of instructie ?
A
nooit
B
1 x
C
3x
D
4 x of meer

Slide 9 - Quizvraag

Als je voorlichting of advies geeft,
wat wil je dan bereiken?
Wat is je doel?

Slide 10 - Woordweb

Doel van een voorlichting en advies 
1. Vergroten van de kennis van de zorgvrager. 
2. Verminderen van de onzekerheid en angst bij de zorgvrager. 
3. Goede voorlichting zorgt voor beter geïnformeerde zorgvragers

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Noem een voorbeeld
waar jij voorlichting/advies over geeft

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Advies
Adviseren betekent dat je deskundige suggesties en raad geeft.

Je geeft advies over:
  • Leef- en gedragsregels
  • Hulpmiddelen
  • Behandeling of therapie
  • Onderzoek

Slide 18 - Tekstslide

Geef een voorbeeld waarin
jij een bewoner
een instructie gegeven hebt

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Je leert een reumatische zorgvrager hoe hij de traplift moet bedienen=
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
C en A

Slide 24 - Quizvraag

Je legt aan een bedlegerige zorgvrager uit dat zijn beenspieren zwakker worden, doordat hij ze te weinig gebruikt =
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
A en C

Slide 25 - Quizvraag

Je vertelt aan een zorgvrager hoelang het duurt voor hij de uitslag van een onderzoek krijgt.
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
C en B

Slide 26 - Quizvraag

Vertellen welke hulpmiddelen er allemaal mogelijk zijn om beter te kunnen lopen
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
A en B

Slide 27 - Quizvraag

Aandachtpunten voorlichting
G
Het doel is dat de zorgvrager zijn gedrag vrijwillig verandert.

Slide 28 - Tekstslide

Aandachtspunten bij het geven van Advies

1. Sluit aan bij het zorgplan
2. Sluit met jouw advies aan bij wat de zorgvrager al weet en wat hij kan begrijpen
3. Geef de adviezen op het juiste tijdstip.
4. Betrek de familie bij het advies. 
> WGBO!

Slide 29 - Tekstslide

Aandachtspunten instructie
  • Iedere zorgvrager leert op zijn eigen manier. 
  • De ene zorgvrager wil een voorbeeld zien, terwijl de andere zorgvrager zelf oplossingen zoekt. 
  • Een zorgvrager wil graag direct iets uitproberen, maar een andere zorgvrager wil eerst begrijpen wat hij moet gaan doen voordat hij begint. 
  • Als je instructie geeft, houd je daar rekening mee. Je sluit aan bij de mogelijkheden en behoeften van de zorgvrager.

Slide 30 - Tekstslide

Casus
Meneer Lommers

Meneer Lommers is 74 jaar en heeft sinds twaalf jaar de ziekte van Parkinson. Hij is sinds twee jaar weduwnaar en hij redt het maar net, zonder zijn vrouw. Meneer Lommers krijgt twee keer per week hulp bij de huishoudelijke taken.
Hij loopt met een rollator door zijn huis, dat tamelijk vol staat. Hij stoot zich regelmatig aan kastjes en is onlangs ook gevallen over een kleedje in de gang. Meneer heeft nu een wondje aan zijn scheenbeen en 'skin tears' (weefsel- of huidscheuringen) aan zijn onderarm.


Verzorgende Fatima komt tweemaal per week meneer ondersteunen bij het douchen en met hem meekijken naar zijn medicatie: is er genoeg, is meneer therapietrouw? Zo kan ze zijn situatie goed monitoren. Ze kan dan tevens de wondjes verzorgen in overleg met de huisarts.
Vandaag wil ze met meneer Lommers praten over de inrichting van zijn huis vanuit het oogpunt van valgevaar.

In groepjes bedenken hoe je dit gaat aanpakken met de informatie die je tijdens deze les gehad hebt. 

Slide 31 - Tekstslide

Veranderende visie
Van ZIEKTE en ZORG naar

GEZONDHEID EN GEDRAG

De focus ligt op het behouden en verbeteren van gezondheid

Slide 32 - Tekstslide

Gedragsverandering
Hoe verander je je gedrag? 
Wat is daarvoor nodig?


Iemand een voorbeeld waarin je je gedrag veranderd hebt en hoe je dat gedaan hebt?

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Jij bent als verzorgende in de wijk bij mevrouw Bos. Mevrouw valt regelmatig, jij wil mevrouw voorlichten over het dragen van de rode knop/personenalarmering. Mevrouw Bos wil er (nog) niet aan, ze zegt: ''ik ben altijd zelfstandig geweest''.

Waar richt jij jouw voorlichting op?
timer
0:10
A
Begrijpen
B
Willen
C
Openstaan
D
Doen

Slide 37 - Quizvraag

De fysiotherapeut zegt tegen meneer de Groot: 'Nu u geopereerd bent aan uw hart, is uw lichaam in principe weer goed in staat om te bewegen. U hoeft dus niet meer bang te zijn om te bewegen.''
Op welke doel richt deze voorlichting zich?
timer
0:30
A
Gedragsdoel
B
Houdingsdoel
C
Kennisdoel

Slide 38 - Quizvraag

De tandarts zegt tegen mevrouw Wit: 'U kunt voorkomen dat u gaatjes krijgt door drie keer per dag uw tanden te poetsen in plaats van één keer per dag.''
Op welke doel richt deze voorlichting zich?
timer
0:30
A
Gedragsdoel
B
Houdingsdoel
C
Kennisdoel

Slide 39 - Quizvraag

De verzorgende zegt tegen een zorgvrager met diabetes: 'Het hormoon insuline zorgt ervoor dat het bloedsuikergehalte in orde blijft. Bij diabetes heeft het lichaam te weinig insuline.'
Op welke doel richt deze voorlichting zich?
timer
0:10
timer
0:30
A
Gedragsdoel
B
Houdingsdoel
C
Kennisdoel

Slide 40 - Quizvraag

Algemene aandachtspunten
Aan wie ga je voorlichting geven
Waarom je voorlichting wil gaan geven
Wat je wil gaan vertellen
Op welke wijze je iets wil gaan vertellen
Waar ga je de voorlichting geven
Wanneer je voorlichting gaat geven
Wie gaat de voorlichting geven

Slide 41 - Tekstslide

Formuleer leerdoelen
Pak het werkboekje van K1-W2 erbij

Hier staan al leerdoelen in geformuleerd.

Formuleer ook leerdoelen n.a.v. de eindopdrachten, waarop je zelf kan reflecteren en ook feedback kan vragen

Slide 42 - Tekstslide