Les 5 - meten

Welkom
Nodig:
Boek - Pak deze uit de kast
Pen
Schrift (zit in je boek?)

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, t, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Nodig:
Boek - Pak deze uit de kast
Pen
Schrift (zit in je boek?)

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Uitleg - meten + grootheden en eenheden
Verwerking
Afsluiten (uitleg proef volgende week)

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van de les kan ik
(x)Uitleggen wat een grootheid en eenheid is
(x)Een aantal voorbeelden geven van grootheden en eenheden
(x)Aangeven wat er in een onderzoek komt te staan
(h/v) Uitleggen wat de wetenschappelijke methode is
Een aantal soorten meetapparatuur benoemen

Slide 3 - Tekstslide

Grootheden en eenheden
Een grootheid is een eigenschap die je meet
(bijvoorbeeld: tijd, lengte, massa)

Een eenheid is een hoeveelheid (of de maat).
(bijvoorbeeld: seconde, meters, kilogram)
Leerdoel: (x)Uitleggen wat een grootheid en eenheid is

Slide 4 - Tekstslide

Grootheid
Eenheid
Lengte
Uren
m3
Oppervlakte
Temperatuur
Graden C
Milimeter
Gram
Spanning
Tijd

Slide 5 - Sleepvraag

Onderzoek doen
Onderzoek begint altijd met een vraag! 

Bijvoorbeeld: Wie kan het snelste rennen?

Dit heet de: onderzoeksvraag
Leerdoel: 
(x)Aangeven wat er in een onderzoek komt te staan
(h/v) Uitleggen wat de wetenschappelijke methode is

Slide 6 - Tekstslide

Onderzoek doen
Als je het onderzoek hebt uitgevoerd maak je de conclusie.
In de conclusie staat een antwoord op de onderzoeksvraag.

Bijvoorbeeld: Boris kon het snelste rennen. Hij deed 100 meter in 9,4 seconden. 
Leerdoel: 
(x)Aangeven wat er in een onderzoek komt te staan
(h/v) Uitleggen wat de wetenschappelijke methode is

Slide 7 - Tekstslide

Onderzoek doen(h/v)
Bij de wetenschappelijke methode, pak je een onderzoek systematisch aan. 
- Onderzoeksvraag
- Hypothese
- onderzoek doen
- resultaten
- conclusie

Slide 8 - Tekstslide

Onderzoeksvraag
Conclusie
Wie heeft de grootste voeten?
Meneer Verhoog is de sterkste docent
Liese kan het hoogste springen
Wat is brandbaarder, diesel of benzine?
Wie kan het snelste fietsen?
 Felien kan het hardste schreeuwen 

Slide 9 - Sleepvraag

Meten met je zintuigen
Soms kan je resultaten zelf al waarnemen met je zintuigen. 

Bijvoorbeeld:
Geur met je neus
Smaak met je tong 

Slide 10 - Tekstslide

Meetapparatuur
Als je onderzoek doet, heb je meetgegevens nodig.
De meetgegevens zijn grootheden en eenheden. 

Dit meet je met meetapparatuur
Bijvoorbeeld: Thermometer, liniaal, weegschaal.
Leerdoel: 
(x)Een aantal soorten meetapparatuur benoemen

Slide 11 - Tekstslide

Meetapparatuur
Meetapparatuur kan analoog of digitaal zijn.
Leerdoel: 
(x)Een aantal soorten meetapparatuur benoemen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Was deze thermometer analoog of digitaal?
A
Analoog
B
Digitaal

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Weegschaal, analoog of digitaal?
A
Analoog
B
Digitaal

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Horloge - Analoog of digitaal?
A
Analoog
B
Digitaal

Slide 18 - Quizvraag

Aan de slag! Blauwe boek

Laptop dicht en aan de kant.

Maken:
Blz. 14 opdracht: 1 t/m 8
Klaar?
Blz. 26 opdracht  1,2,6,7,8,9,10,11,12

Aan de slag! Oranje boek

Laptop dicht en aan de kant.

Maken:
Blz. 14 opdracht: 1 t/m 10
Klaar?
Blz. 25
Proef 1 - in duo's

Slide 19 - Tekstslide

Afsluiten - Ik kan:
(x)Uitleggen wat een grootheid en eenheid is
(x)Een aantal voorbeelden geven van grootheden en eenheden
(x)Aangeven wat er in een onderzoek komt te staan
(h/v) Uitleggen wat de wetenschappelijke methode is
Een aantal soorten meetapparatuur benoemen

Slide 20 - Tekstslide

Volgende week
Proef over meten en grafieken. 

- Fietsen.
- Rennen.
- Fietsen met iemand achterop. 

Wie is het snelste?

Slide 21 - Tekstslide

Wat willen wij weten?
- Onderzoeksvraag.
-(h/v) hypothese
- meetapparatuur
-  hoe gaan we de gegevens noteren?
- grafiek maken
- conclusie

Slide 22 - Tekstslide