Persoonsvorm

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

Leg je telefoon in de telefoon tas
Ga rustig op je plek zitten

Leg al je boeken op tafel
Leg je huiswerk op de hoek van je tafel ( opdracht 3, 4 en 5 op bladzijde 96)

10 min lezen uit je leesboek

Persoonsvorm

Wat gaan we doen vandaag?

• Verkennen
• Theorie
• Werken aan de opdracht

Aan het einde van de les heb je geleerd wat congruentie is en wat de kenmerken en functie van de persoonsvorm zijn.

Huiswerk bespreken

Opdracht 3, 4 en 5 op bladzijde 96 

Theorie

Theorie

De persoonsvorm past zich aan, aan het onderwerp.

Als het onderwerp verandert, dan verandert de persoonsvorm mee.

• Dit heet congruentie 

Er zijn drie manieren om de persoonsvorm te vinden.

Theorie

Een vraag maken:

• Ik was gisteren van mijn fiets gevallen.
• Was ik gisteren van mijn fiets gevallen?

Tegenwoordige tijd <-> verleden tijd:

• Ik heb geen zin in het vak wiskunde.
• Ik had geen zin in het vak wiskunde. 

Theorie

Enkelvoud <-> meervoud:

• Ik kom logeren.
• Wij komen logeren. 

• Alles voor de persoonsvorm behoort tot één zinsdeel (alleen bij een vraagzin niet).
• De persoonsvorm is dus in een normale zin altijd het tweede zinsdeel. 
• Johan schoot die bal per ongeluk in het eigen doel.

Werken aan de opdracht

Werken aan de opdracht

Wat? Maak opdracht 7, 8 en 9 op bladzijde 96-97

Hoe? Zelfstandig en in stilte 

Tijd? Tot het einde van de les

Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs

Klaar? Lees verder uit je leesboek of maak ander huiswerk

Gebruik de theorie op bladzijde 152-153 van je handboek. 

Huiswerk

Voor volgende week dinsdag 08/10 moet opdracht 7, 8 en 9 op bladzijde 96 af zijn.

Schrijf dit op in je plenda!