BLOK 1 spreken,kijken en luisteren

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

 Kijken en luisteren

Blok 1

lesdoelen

Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat

- een monoloog is

- een dialoog is

- een groepsgesprek is

en 

- Kun je zinnen voorlezen en dan verschillen laten horen in tempo / volume en intonatie.

monoloog

dialoog

groepsgesprek

3 of meer mensen praten met elkaar

één persoon spreekt

2 mensen praten met elkaar

Sanne , Ahmet, Yacinta en Michiel praten over de vakantie

1. monoloog
2. dialoog
3. groepsgesprek

Sanne , Ahmet, Yacinta en Michiel praten over de vakantie

1. monoloog
2. dialoog
3. groepsgesprek

Tatum houdt een spreekbeurt over mode

1. monoloog
2. dialoog
3. groepsgesprek

Je wilt naar een feest, maar je moeder vindt het niet goed. Je probeert haar over te halen je toch te laten gaan.

1. monoloog
2. dialoog
3. groepsgesprek

Tijdens een schrijversbezoek vertelt Carry Slee iets over zichzelf,

1. monoloog
2. dialoog
3. groepsgesprek

verschillende stemmen:

verschillen in:

toonhoogte ( hoog / laag)

volume (hard / zacht)

tempo (langzaam / snel)

intonatie (vrolijk / bang / boos / ongeduldig)

opdracht 

Je krijgt steeds vier  filmpjes te zien. Na elk filmpje krijg je er vragen over 

thiememeulenhoff.bbvms.com

Het volume van de spreker was:

1. hard
2. zacht
3. normaal: niet té hard / niet té zacht

Het tempo van de spreker was

1. langzaam
2. normaal
3. vrij snel

thiememeulenhoff.bbvms.com

De intonatie van de DJ is:

1. geïrriteerd
2. verdrietig
3. enthousiast

Het spreektempo van de DJ is:

1. langzaam
2. snel

De toonhoogte van de DJ is:

1. laag
2. hoog

thiememeulenhoff.bbvms.com

Ik zag zojuist:

1. een monoloog
2. een dialoog
3. een groepsgesprek

Ik zag zojuist:

1. een monoloog
2. een dialoog
3. een groepsgesprek

zet de zin in de directe rede :
Narayan zei dat hij die armband uit Nepal heeft meegenomen.

zet de zin in de directe rede :
Mijn zus zegt dat hij Jarco heet

zet de zin in de directe rede :
Jeffrey vroeg of hij mee mocht naar het strand

zet de zin in de directe rede :
Zij riep hem nog na dat hij zijn tas was vergeten

Wat is de functie van een punt? En wat gebeurt er met je stem?

1. geeft het einde van een zin aan en stem gaat omlaag
2. geeft aan dat deze zin een vraag is en je stem gaat omlaag
3. geeft het einde van een zin aan en stem gaat omhoog
4. Geeft aan dat deze zin een vraag is en je stem gaat omhoog.

Wat is de functie van een uitroepteken en wat gebeurt er met je stem?

1. Geeft aan dat de zin is afgelopen, je praat harder
2. Geeft aan dat deze zin een uitroep is, je praat harder.
3. Geeft aan dat de zin een uitroep is en je stem gaat omhoog
4. Geeft aan dat deze zin een uitroep is en je stem gaat omlaag.

opdracht 

Persoonsvorm?

Onderwerp? 

Ww. gezegde?

opdracht 

Aan de slag op taaloefenen.nl

zinsdelen 1 af!

Zinsdelen 2