KDN Les 3 (7) Cellen Digitale Toets
1 / 11
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
1. Verschillende cellen hebben verschillende ______________ .
2. Een groep cellen met dezelfde functie, die samenwerken noemen we een _______________ .
3. Deze werken ook samen om specifieke taken te doen. We noemen zo’n groep een _________________.
(Tik met kleine letters en onder elkaar.)
2. Een groep cellen met dezelfde functie, die samenwerken noemen we een _______________ .
3. Deze werken ook samen om specifieke taken te doen. We noemen zo’n groep een _________________.
(Tik met kleine letters en onder elkaar.)
Slide 2 - Open vraag
Wat hoort bij elkaar? Zet op de goede volgorde:
De paren worden uit elkaar getrokken.
De chromosomen zijn uitgerekt en los in de kern.
De chromosomen rollen op in een spiraal en vormen korte dikke buisjes.
1
2
3
4
5
Er vormen zich twee kernen en twee cellen.
De chromosomen kopiëren zichzelf en vormen paren.
Slide 3 - Sleepvraag
In de celkern zitten chromosomen, genen en DNA
A
Niet waar
B
Waar
Slide 4 - Quizvraag
Planten hebben geen cellen.
A
Niet waar
B
Waar
Slide 5 - Quizvraag
In het celplasma zitten chromosomen en genen.
A
Niet waar
B
Waar
Slide 6 - Quizvraag
Een membraan is een wand van een cel.
A
Niet waar
B
Waar
Slide 7 - Quizvraag
Cellen die samenwerken noemen we een orgaan.
A
Niet waar
B
Waar
Slide 8 - Quizvraag
Wat hoort bij een stamcel ?
Stamcel
Eerste cel
Orgaan
Weefsel
Syndroom van Down
Specialiseren
Slide 9 - Sleepvraag
Wat hoort bij elkaar?
Een cel kopieert zichzelf.
7 – 100 dagen
20 – 120 minuten
20 uur
Weefsel
Verschillende functie
Een cel functioneert.
Een cel is volwassen.
Verschillende cellen.
Samenwerkende cellen.
