Voorbereiding toetsweek -2Bd

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag (1/4)
- Samenvatting toetsweek
- Laatste theorie
- Oefenen en bespreken

Slide 2 - Tekstslide

Theorie
Pak bladzijde 20 en 22 voor je. We gaan het hebben over de KERNZIN en de HOOFDGEDACHTE.

Slide 3 - Tekstslide

Stel, een tekst heeft vijf alinea's. Hoeveel kernzinnen heeft deze tekst dan?
A
1
B
5
C
geen

Slide 4 - Quizvraag

Stel, een tekst heeft vijf alinea's. Hoeveel hoofdgedachtes heeft deze tekst dan?
A
1
B
5
C
Geen

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een kernzin en een hoofdgedachte?
A
De hoofdgedachte staat in elke alinea en de kernzin niet.
B
Er is maar één kernzin per tekst.
C
De kernzin is de samenvatting van de tekst in één zin.
D
Je hebt in elke alinea een kernzin. Een hoofdgedachte heb je 1 per tekst.

Slide 6 - Quizvraag

Kijk op bladzijde 21 van je boek. Je ziet daar de tekst: 'Mobiele telefoons leven twee keer.'

Hoeveel alinea's heeft deze tekst?
A
1
B
4
C
6
D
2

Slide 7 - Quizvraag

Kijk nog steeds naar die tekst. Hoeveel deeltitels zie je?
A
1
B
2
C
3

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor toelichting?
A
uitleg
B
toespraak
C
er is geen ander woord voor toelichting

Slide 9 - Quizvraag

De hoofdgedachte is ...
A
de belangrijkste zin van de alinea
B
een samenvatting van een tekst in één zin
C
vaak de eerste zin van de tweede alinea

Slide 10 - Quizvraag

Stop je telefoon in de telefoontas

Slide 11 - Tekstslide

Yeah, let's go!
H4 Leestaak
m: opdracht 11 t/m 15
blz. 25 t/m 27

We gaan deze opdrachten over 20 minuten 
nakijken. Ik verwacht dat de opdrachten 
dan af zijn. 

timer
20:00

Slide 12 - Tekstslide

Pak de opdrachten erbij
Pak ondertussen een andere kleur pen/potlood. We gaan de opdrachten bespreken. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Vandaag (2/4)
- Opdrachten gister bespreken
- Quizvragen signaalwoorden
- Oefenen, oefenen, oefenen
- Bespreken?

Slide 15 - Tekstslide

Pak de opdrachten erbij
Pak ondertussen een andere kleur pen/potlood. We gaan opdracht 14 en 15 bespreken van bladzijde 26-27. 

Slide 16 - Tekstslide

Wat is GEEN tekstverband?
A
Opsomming
B
Conclusie
C
Toelichten
D
Redengevend

Slide 17 - Quizvraag

Opsommend tekstverband
Redengevend tekstverband
omdat
Vervolgens
Immers
daarnaast
Ook
want

Slide 18 - Sleepvraag

Een tekst met 10 alinea's heeft ook 10 kernzinnen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Vul een redengevend signaalwoord in de volgende zin:

Ik was te laat op school, ... ik de bus had gemist.
A
want
B
omdat
C
daarnaast
D
verder

Slide 20 - Quizvraag

Welk woord hoort NIET bij het voorbeeldgevend tekstverband?
A
dus
B
bijvoorbeeld
C
ter illustratie
D
zo

Slide 21 - Quizvraag

Voorbeeldgevend tekstverband
Concluderend tekstverband
Kortom
Zoals
Dus
Bijvoorbeeld
Ter illustratie

Slide 22 - Sleepvraag

Elke tekst heeft een hoofdgedachte.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Welke vier tekstdoelen zijn er?

Slide 24 - Open vraag

Stop je telefoon in de telefoontas

Slide 25 - Tekstslide

Oefenen, oefenen, oefenen
H5 Leestaak
m: opdracht 14 t/m 20
blz. 87 t/m 89

We gaan deze opdrachten over 20 minuten
nakijken. Ik verwacht dat de opdrachten
dan af zijn. 
timer
20:00

Slide 26 - Tekstslide

Pak de opdrachten erbij
Pak ondertussen een andere kleur pen/potlood. We gaan opdracht 14 t/m 20 nakijken.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Vandaag (3/4)
- Opdrachten overige week bespreken
- Quizvragen signaalwoorden
- Oefenen, oefenen, oefenen
- Bespreken?

Slide 29 - Tekstslide

Pak de opdrachten erbij
Pak ondertussen een andere kleur pen/potlood. We gaan opdracht 16 t/m 20 bespreken van bladzijde 87 t/m 89. 

Slide 30 - Tekstslide

Wat zijn de vier tekstdoelen?

Slide 31 - Open vraag

Welk signaalwoord hoort NIET bij de opsomming?
A
Ook
B
Maar
C
En
D
Bovendien

Slide 32 - Quizvraag

Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord 'ter illustratie'?
A
Redengevend
B
Voorbeeldgevend
C
Opsommend
D
Tegenstellend

Slide 33 - Quizvraag

Welk tekstverband hoort er NIET bij?
A
Opsommend
B
Tegenstellend
C
Functionerend
D
Voorbeeldgevend

Slide 34 - Quizvraag

Welk tekstdoel hoort bij het plaatje?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Activeren

Slide 35 - Quizvraag

Hoe heet het middenstuk van een tekst?
A
Kern
B
Slot
C
Inleiding

Slide 36 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een kernzin en een hoofdgedachte?
A
De hoofdgedachte staat in elke alinea en de kernzin niet.
B
Er is maar één kernzin per tekst.
C
De kernzin is de samenvatting van de tekst in één zin.
D
Je hebt in elke alinea een kernzin. Een hoofdgedachte heb je 1 per tekst.

Slide 37 - Quizvraag

Opsommend tekstverband
Redengevend tekstverband
omdat
Vervolgens
Immers
daarnaast
Ook
want

Slide 38 - Sleepvraag

Welk tekstdoel hoort bij het plaatje?
A
Activeren
B
Amuseren
C
Informeren
D
Overtuigen

Slide 39 - Quizvraag

Welk signaalwoord hoort NIET bij het redengevend tekstverband?
A
Bovendien
B
Want
C
Omdat

Slide 40 - Quizvraag

Oefenen, oefenen, oefenen
H6 Lezen
m: alle opdrachten

We gaan deze opdrachten over 20 minuten
nakijken. Ik verwacht dat de opdrachten dan af zijn. 
timer
20:00

Slide 41 - Tekstslide

Pak de opdrachten erbij
Pak ondertussen een andere kleur pen/potlood. 

Slide 42 - Tekstslide