T1B3&4 - Gedrag beschrijven en vorming van gedrag

Thema 8: Waarneming en gedrag
Basisstof 3: Gedrag

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 8: Waarneming en gedrag
Basisstof 3: Gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • 8.3.1 Je kunt toelichten wat gedrag is en hoe gedrag is ingedeeld.
  • 8.3.2 Je kunt uitleggen hoe gedrag tot stand komt en dat gedrag het resultaat is van de relatie van een organisme met zijn omgeving.
  • 8.3.3 Je kunt beschrijven wat ethologie inhoudt en een eenvoudig gedragsonderzoek uitvoeren.

Slide 2 - Tekstslide

Ethologie
  • De tak van de biologie waarbij de studie van het gedrag van dieren centraal staat.
  • Gedrag is alle waarneembare activiteiten van dier of mens.
  • Adequaat gedrag is gedrag waardoor de overlevingskansen en fitness van een dier worden vergroot.

Slide 3 - Tekstslide

Van prikkel tot handeling
Gedrag is opgebouwd uit opeenvolgende handelingen (gedragselementen)

Handelingen met een gemeenschappelijk doel vormen samen een gedragssysteem.
- bijv. broedzorg, baltsgedrag, voedingsgedrag

Als het effect van de ene handeling leidt tot de volgende handeling, spreek je van een gedragsketen.

Slide 4 - Tekstslide

Motivatie om te eten
  • Externe en interne prikkels bepalen samen de motivatie (drang) om gedrag te vertonen
  • Soms is een heel sterke externe prikkel genoeg (ijsje)
  • De best aangepaste reactie heeft de maximale overlevingskans (energiebesparing)

Slide 5 - Tekstslide

Periodieke invloeden
Regelmatig terugkerende schommelingen in interne of externe prikkels. 
Hierdoor volgen veel processen een bepaald ritme: biologische klok. 

Bevindt zich in hypothalamus en regelt het:
  • Slaap-waakritme (invloed op stofwisseling)
  • Timing voortplanting: door interne prikkels (hormonen) en externe (nestplaats, partner, hoeveelheid daglengte, temperatuur) stofwisseling.

Patrick van Asselt, 2018

Slide 6 - Tekstslide

Ethogram
Een objectieve beschrijving van de verschillende typen handelingen die bij een 
diersoort voor kunnen 
komen.

Slide 7 - Tekstslide

Protocol
Een overzicht van de achtereenvolgens waargenomen handelingen van het dier.

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen
  • 8.4.1 Je kunt verklaren dat gedrag deels erfelijk is bepaald.
  • 8.4.2 Je kunt leerprocessen herkennen en beschrijven en de functie daarvan uitleggen.

Slide 9 - Tekstslide

Nature versus nurture

  • Wetenschappen worstelen met de vraag wat de bijdragen zijn van het genoom 'nature' en van het milieu 'nurture' (de opvoeding en omgeving) aan je eigenschappen.
  • Soms duidelijk: bloedgroep komt tot stand door het genotype, tattoo door het fenotype.
  • Alcoholisme??? Rekenvaardigheid???
-> Onderzoek naar de invloed van genotype en milieu op het fenotype van mensen is vaak complex

Slide 10 - Tekstslide

vorming van gedrag

Slide 11 - Tekstslide

Hoe wordt gedrag bepaald
  • aangeboren
instinct (soortspecifiek): vaste reactie op prikkels, waardoor (vaak) de overlevingskans wordt vergroot.
- opendoen mond jonge vogels / huilen van baby's
  • aangeleerd
invloeden vanuit de omgeving

Slide 12 - Tekstslide

Sleutelprikkels en supranormale prikkels
Sleutelprikkel = prikkel die een vaste handeling oproept (wanneer de motivatie aanwezig is)

Supranormale prikkel = Overdreven (kunstmatige) prikkel die overdreven reactie oproept.

Dit wordt gebruikt in reclametechnieken!

Slide 13 - Tekstslide

Leerprocessen
Aangeleerd gedrag komt tot stand door leerprocessen. Door leerprocessen kan adequaat gedrag ontstaan.
  • Inprenting
  • Gewenning
  • Proefondervindelijk
  • Inzicht
  • Imitatie en conditionering

Slide 14 - Tekstslide

Inprenting
Inprenting= leren dat alleen mogelijk is in een bepaalde korte periode in het leven van een dier. 

Slide 15 - Tekstslide

Conditionering
  • Proefondervindelijk/trial and error --> conditionering onder natuurlijke omstandigheden
  • Operante conditionering -->  leren door straffen en 
       belonen waardoor de frequentie van een gedrag verandert. 
  • Klassieke conditionering --> aanleren van een nieuw gedrag                                op een bepaalde prikkel

              

                                         Pavlov

Slide 16 - Tekstslide

Gewenning
Als de prikkel aahoudt, dan zal er gewenning optreden

gevolg: drempelwaarde gaat omhoog, minder tot geen impulsen bij dezelfde prikkelsterkte


Slide 17 - Tekstslide

Imitatie
Veel dieren leren bepaald gedrag door hun ouders/soortgenoten na te doen.

Gedrag leren door het nabootsen van anderen noemen we imitatie

Slide 18 - Tekstslide

Inzicht
Sommige dieren zijn in staat om inzichtelijk te leren

Bij inzichtelijk leren worden ervaringen in het verleden gebruikt om een oplossing te vinden voor een nieuwe situatie

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat:
Maak van basisstof 3: opdr. 31  t/m 34
Maak van basisstof 4: opdr. 40 t/m 46
Hulp nodig:
zoek het op in je BINAS of in je boek 
Uitkomst:
we bespreken de (moeilijke) vragen met elkaar
Klaar?
Lees basisstof 5: aangepast gedrag (blz. 114 t/m 120)
Aan de slag!
timer
20:00

Slide 20 - Tekstslide