H6.3

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Driehoek ABC is het beeld van Driehoek EDC bereken BC

Slide 2 - Open vraag

Wat is de vergrotingsfactor?

Slide 3 - Open vraag

Bereken de oppervlakte.

Slide 4 - Tekstslide

3 X 1,5 = 4,5
2 x 1,5 = 3
(lengte x vergrotingsfactor)

Slide 5 - Tekstslide

4,5
3
bb/kb/gl
Oppervlakte = 3 x 4,5 = 13,5

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Vergroten:

lengte x vergrotingsfactor
oppervlakte x  vergrotingsfactor2

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Vergroten:
lengte x vergrotingsfactor
oppervlakte x  vergrotingsfactor2
inhoud x vergrotingsfactor3

Slide 10 - Tekstslide

Reflectievragen
  1. Snap ik het verschil tussen vergrotingsfactor bij lengte, oppervlakte en inhoud?
  2. Kan ik een formule gebruiken bij vergroting?
  3. Waar heb ik nog moeite mee?

Slide 11 - Tekstslide

Rechthoek PQRS wordt met factor 4 vergroot. Met welke factor wordt de oppervlakte vergroot?
A
2
B
4
C
16
D
64

Slide 12 - Quizvraag

Een pasfoto heeft een oppervlakte van 6 cm2. De pasfoto wordt vergroot met vergrotingsfactor 5. Wat wordt de nieuwe oppervlakte?
A
30 cm2
B
180 cm2
C
60 cm2
D
150 cm2

Slide 13 - Quizvraag

De oppervlakte van de kleine figuur is 10 cm². De figuur wordt 4 keer vergroot. Hoe bereken je de oppervlakte van de vergroting.

A
4² x 10 =160
B
4 x 10 =40

Slide 14 - Quizvraag

Parallellogram ABCD wordt vergroot
met factor 5, bereken de oppervlakte
van de vergroting.
A
opp=1275
B
opp=255
C
opp=6375
D
opp=5393

Slide 15 - Quizvraag

Een kubus wordt vergroot met factor 4.
De inhoud van de vergrootte figuur wordt dan...................zo groot
A
4 keer
B
16 keer
C
64 keer
D
128 keer

Slide 16 - Quizvraag

Een vaas wordt vergroot. De inhoud van het origineel is 0,6 liter, de vergrotingsfactor is 1,4. Hoeveel liter is de vergroting? (afgerond op 1 decimaal)
A
3
B
1,6
C
1,4
D
0,3

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel is de inhoud van de vergroting
in ?
dm3
A
262.44
B
145.8
C
58.32
D
81

Slide 18 - Quizvraag

Huiswerk 

H6.3  opdrachten 36 t/m 49

In je schrift!

Slide 19 - Tekstslide