Theorie (gezamenlijk): tekstsoorten en schrijfdoelen
Vervolgens: afronden oriëntatietoets, doornemen syllabus + markeer waar extra aandacht aan besteed moet worden in de lessen
Online volgers: de oriëntatietoets + analyseformulier zitten als bijlage toegevoegd bij het huiswerk in Magister van gisteren!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Vandaag
Theorie (gezamenlijk): tekstsoorten en schrijfdoelen
Vervolgens: afronden oriëntatietoets, doornemen syllabus + markeer waar extra aandacht aan besteed moet worden in de lessen
Online volgers: de oriëntatietoets + analyseformulier zitten als bijlage toegevoegd bij het huiswerk in Magister van gisteren!
Slide 1 - Tekstslide
CE Nederlands
Toetst twee domeinen: leesvaardigheid en argumentatieve vaardigheden (analyse en beoordeling van een betoog)
± 40 vragen
3 - 4 teksten (excl. satellietteksten)
Slide 2 - Tekstslide
Bronnen van de teksten
Gerenommeerde kranten en / of tijdschriften
Vaak Volkskrant, NRC, Trouw, Groene Amsterdammer
Slide 3 - Tekstslide
Tekstsoorten
1) Informatieve tekst / Uiteenzetting
2) Betogende tekst / betoog
3) Beschouwende tekst / beschouwing
Tekstdoelen
1) Informeren
2) Uiteenzetten
3) Overtuigen
4) Tot actie aanzetten
5) Beschouwen
6) Vermaken
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Hier zie je allerlei meningen aan bod komen (ieder zijn eigen argumenten), ook die van de schrijver zonder dat je het idee krijgt dat je juist zijn standpunt moet overnemen.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
Slide 8 - Quizvraag
Deze tekstsoort is het beste te vergelijken met een handleiding.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
Slide 9 - Quizvraag
Dit is een zakelijke, objectieve tekst.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
Slide 10 - Quizvraag
Hierin zie je de stelling van de schrijver plus zijn argumenten. Het doel van de schrijver is dat je zijn mening moet overnemen.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
Slide 11 - Quizvraag
In lange examenteksten kan heel goed een combinatie van de tekstsoorten voorkomen, zoals een betoog gecombineerd met een uiteenzetting.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Je moet wel (of juist geen) actie ondernemen.
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren
D
Adviseren
Slide 13 - Quizvraag
Het doel is om je van zijn mening te overtuigen. Je moet hetzelfde standpunt krijgen als de schrijver
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren
D
Amuseren
Slide 14 - Quizvraag
Je moet kennis opdoen, iets te weten komen.
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Adviseren
D
Amuseren
Slide 15 - Quizvraag
Tekstsoort
Tekstdoel
Betoog
Beschouwing
Uiteenzetting
Informeren
Overtuigen
Adviseren
Activeren
Amuseren
Slide 16 - Sleepvraag
De schrijver vertelt in tekst P over het ontstaan en de historische ontwikkelingen bij de homeopathie.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
Slide 17 - Quizvraag
De auteur van tekst S is van mening dat de homeopathisch arts het uiteindelijk zal winnen van zijn reguliere collega, omdat zijn behandeling van de patiënt kil en onsympathiek is.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
Slide 18 - Quizvraag
De auteur maakt in tekst R de alternatieve geneeswijze als homeopathie aan de lopende band belachelijk door bijvoorbeeld de denkwijze van de arts en de enorme verdunningen op de hak te nemen.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Aan de slag!
Afronden oriëntatietoets
Invullen resultaten oriëntatietoets (middels ELO) in het schema
Doornemen domeinen A, D (voor je CE) en de syllabus --> markeer de zaken waar je meer uitleg over wil in de les
Lees in je leesboek (voor ME Nederlands of Engels)