quiz vertering

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vul het antwoord in op de volgende dia

Op welke temperatuur is de enzymactiviteit het hoogst?

Slide 2 - Tekstslide

Geef de juiste temperatuur in graden aan

Slide 3 - Open vraag

Wat is het verschil tussen pasteuriseren en steriliseren?

Slide 4 - Open vraag

onderzoeksvraag
resultaat
verklaring
conclusie
Blijven boterhammen in een verpakking met een gasmengsel van koolstofdioxide
en stikstof langer houdbaar dan in een verpakking met lucht?
Boterhammen in een verpakking met een gasmengsel van koolstofdioxide en stikstof zijn na zeven dagen niet beschimmeld en boterhammen in een verpakking met lucht wel.
Boterhammen in een verpakking met een gasmengsel van koolstofdioxide en
stikstof zijn langer houdbaar dan boterhammen in een verpakking met lucht.
In het gasmengsel zit geen zuurstof. (De meeste) bacteriën en schimmels hebben zuurstof nodig voor verbranding. Zonder zuurstof kunnen bacteriën en schimmels niet groeien.

Slide 5 - Sleepvraag

Welke stoffen zijn beschermende stoffen
A
Eiwitten
B
eiwitten en vetten
C
vitamines
D
vitamines en vezels

Slide 6 - Quizvraag


A

Slide 7 - Quizvraag

Geef je antwoord op de volgende dia

Slide 8 - Tekstslide

Waarom kleurt de aardappel die je in je mond hebt gehad niet meer?

Slide 9 - Open vraag

Als je puur naar de calorieën kijkt en je volgt een dieet met minder calorieën, van welke voedingsstof mag je dan meer eten?
A
Zetmeel 4 kcal per gram
B
eiwitten 4 kcal per gram
C
vet 9 kcal per gram
D
alcohol 7 kcal per gram

Slide 10 - Quizvraag

In verteringsappen zitten vaak enzymen,
Welke functie heeft dit?

Slide 11 - Open vraag

Welke drie stoffen moeten worden verteerd voordat ze worden opgenomen?

Slide 12 - Open vraag

Welke stoffen kunnen gelijk worden opgenomen (hoeven niet verteerd te worden)
A
koolhydraten, suikers, vezels
B
alleen vezels en vitamines
C
Glucose, eiwitten en suikers
D
Glucose, mineralen, vitaminen en water

Slide 13 - Quizvraag

Wat heeft de temperatuur te maken met de snelheid van vertering?

Slide 14 - Open vraag

In welke klieren wordt verteringssap aangemaakt?
A
speekselklieren maagsapklieren pijnappelklier hypofyse
B
speekselklieren maagsapklieren lever alvleesklier darmsapklieren
C
alleen in de maag
D
maag - alvleesklier- galblaas

Slide 15 - Quizvraag

waarom is suiker slecht voor je tanden?
A
Suikers worden door bacteriën omgezet in zuur wat je glazuur aan tast.
B
Suikers maken gaatjes in je tanden
C
Suikers zijn scherpe moleculen en krassen je tandplak weg waardoor je gaatjes krijgt
D
Suikers worden door schimmels omgezet in zoetigheid wat je glazuur aan tast

Slide 16 - Quizvraag

Wat voor een soort tand is dit?
A
Snijtand
B
Hoektand
C
Kies
D
Is geen tand

Slide 17 - Quizvraag