9.4 Bloed- en orgaandonatie (deel A)

Bloed- en orgaandonatie
Deel A
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bloed- en orgaandonatie
Deel A

Slide 1 - Tekstslide

9.4 Bloed- en orgaandonatie

Bloedonderdelen
Bloedgroepen
Bloedgroepbepaling
Resusfactor
Resusziekte
Orgaandonatie
Criteria

Je beschrijft welke onderdelen van bloed in een situatie gegeven kunnen worden.

Je legt uit in welke situaties bloed bij een transfusie gaat klonteren.

Je legt welke problemen de resusfactor kan veroorzaken bij zwangerschap.

Je legt uit hoe afstoting kan worden voorkomen bij een orgaantransplantatie.

Slide 2 - Tekstslide

..... zorgen voor bloedstolling
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen type 1
C
Witte bloedcellen type 2
D
Bloedplaatjes

Slide 3 - Quizvraag

Deze cellen bevatten hemoglobine en vervoeren zuurstof
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen type 1
C
Witte bloedcellen type 2
D
Bloedplaatjes

Slide 4 - Quizvraag

Deze cellen maken antistoffen
A
Witte bloedcellen type 1
B
Witte bloedcellen type 2

Slide 5 - Quizvraag

Hoe heet het vloeibare deel van je bloed?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Rode bloedcellen:
  • Vervoeren zuurstof met behulp van hemoglobine

Witte bloedcellen:
  • Maakt ziekteverwekkers onschadelijk

Bloedplaatjes:
  • Maken een stollingseiwit (fibrinogeen) dat zorgt voor bloedstolling. 

Slide 9 - Tekstslide

Om welke bloeddeeltjes gaat het?
Rode bloedcellen
Witte bloedcellen
Bloedplaatjes

Slide 10 - Sleepvraag


A
Bloedplaatjes
B
Rode bloedcellen
C
Witte bloedcellen

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een antigeen?
A
Antistof geproduceerd door een witte bloedcel
B
Lichaamsvreemde stof
C
Een ander woord voor witte bloedcel

Slide 15 - Quizvraag

Alle antigenen zijn lichaamsvreemd
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Als je antigenen inspuit dan word je ...
A
Tijdelijk immuun (passieve immunisatie)
B
Voor langere tijd immuun (actieve immunisatie)

Slide 17 - Quizvraag


Hoe noem je de 'prik' met antigenen?
A
Antibiotica
B
Vaccinatie

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een afweereactie tegen lichaamsvreemde stoffen(antigenen)?
A
Het lichaam maakt enzymen.
B
Witte bloedcellen maken antistoffen.
C
Het lichaam wordt koud.
D
Rode bloedcellen maken histamine.

Slide 19 - Quizvraag

Wat is hier het antigeen?
A
Geel
B
Oranje
C
Blauw

Slide 20 - Quizvraag

Wat is hier de antistof?
A
Geel
B
Oranje
C
Blauw

Slide 21 - Quizvraag

https://www.youtube.com/watch?v=c6txwjL2K2g

Slide 22 - Tekstslide

Volgende les
Bloedgroepen
Bloedgroepbepaling
Resusfactor
Resusziekte
Orgaandonatie

Slide 23 - Tekstslide