Les 5.1 - bespreken toets

Les 5.1 
bespreken toets 

Lesplanning:
  1. Toets bespreken opgave 6, 7, 11 en 14
  2. Zelfstandig werken:
    - inzage toets 
    - toetsanalyse invullen
    - meetrapport afronden
    - Evt. verder met vaardighedendossier
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Les 5.1 
bespreken toets 

Lesplanning:
  1. Toets bespreken opgave 6, 7, 11 en 14
  2. Zelfstandig werken:
    - inzage toets 
    - toetsanalyse invullen
    - meetrapport afronden
    - Evt. verder met vaardighedendossier

Slide 1 - Tekstslide

Opgave 6

Slide 2 - Tekstslide

Opgave 7

Slide 3 - Tekstslide

Opgave 11

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 14

Slide 5 - Tekstslide


Aan de slag 
met ...

  1. inzage toets
  2. toetsanalyse invullen
  3. meetrapport afronden

Als je klaar bent ga je verder met vaardighedendossier

Slide 6 - Tekstslide

H5 straling

Slide 7 - Tekstslide

Eens kijken wat jullie al weten...

Slide 8 - Tekstslide

Stel nu dat je na een nucleair ongeval radioactief besmet water binnenkrijgt. Welke van onderstaande effecten kun je mogelijk verwachten?
A
Je krijgt vreemde misvormingen, zoals een derde oog, of een groene huid.
B
Je wordt misselijk en moet overgeven.
C
Je gaat licht geven in het donker.

Slide 9 - Quizvraag

Organisch gekweekte broccoli is niet radioactief
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Alle levende dingen en wezens zijn (een heel klein beetje) radioactief door opname van radioactieve stoffen uit de grond, het voedsel en de lucht. Dit zijn vrijwel altijd natuurlijke radioactieve stoffen, die overal voorkomen.
Alle levende dingen en wezens zijn (een heel klein beetje) radioactief door opname van radioactieve stoffen uit de grond, het voedsel en de lucht. Dit zijn vrijwel altijd natuurlijke radioactieve stoffen, die overal voorkomen.

Slide 11 - Tekstslide

Radioactieve straling kan je ruiken of voelen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Waar worden geen radioactieve stoffen gebruikt?
A
In kerncentrales
B
In papierfabrieken
C
In ziekenhuizen
D
In fluoriserend speelgoed

Slide 13 - Quizvraag

In papierfabrieken worden radioactieve bronnen die bètastraling uitzenden gebruikt om continu de dikte van het gemaakte papier te controleren. 

In Nederland wordt verreweg de meeste radioactiviteit in ziekenhuizen gebruikt.

In kerncentrales wordt radioactief uranium gebruikt als brandstof. 

Slide 14 - Tekstslide


Fluorescerend kinderspeelgoed geeft licht in het donker omdat er overdag licht op is gevallen. Een deel van de energie van dat licht is opgeslagen in het fluorescerende laagje en wordt later uitgezonden. Als je het speelgoed lang in het donker bewaart, zul je ook zien dat het geen licht meer geeft.


Slide 15 - Tekstslide

Wanneer je wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid straling word je zelf ook radioactief.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag