1pt Tekenen vector 4,2 N met geschikte krachtenschaal
1pt Juiste constructie tekening
1pt Opmeten vectoren en krachtenschaal gebruikt
Slide 3 - Tekstslide
vraag 2a - 1pt voor:
Krachtenschaal bepaald m.b.v. gegeven vector
F ontbonden langs de x-as
Inzien dat Fx = Fw en uitgerekend met krachtenschaal (completeren)
Vraag 2b - 1pt voor:
Zelfde krachtenschaal gebruikt als vorige opgave
F ontbonden langs de y-as
Inzien dat Fy = Fz - Fn
Uitgerekend met krachtenschaal (completeren) Punt 3 niet gescoord? Dan is punt 4 ook niet meer te behalen!
Slide 4 - Tekstslide
vraag 3a - 1pt voor:
Fz = m ∙ g = 2,8 · 9,81 = 27,5 N
Tekenen vector recht omlaag
Geschikte krachtenschaal genoteerd
Vraag 3b - 1pt voor:
juiste tekening (2 punten)
opmeten en gebruik krachtenschaal (berekening)
13 N en 25 N (marge 2 N)
Slide 5 - Tekstslide
vraag 5b - 1pt voor:
Bepaling T uit grafiek geeft 2,8 ms (marge 0,1)
gebruik ms en mg beide omgerekend naar basiseenheden
completeren berekening
Vraag 5c - 1pt voor:
inzicht m onafhankelijk van plaats
consequentie conclusie over T.
Opgave 5
Slide 6 - Tekstslide
Aan de slag
met ...
inzage toets
toetsanalyse invullen
meetrapport afronden
HW volgende les: afronden §5.1
Tot het einde van de les.
Inleveren vrijdag 31/1
Slide 7 - Tekstslide
H5 straling
Slide 8 - Tekstslide
Eens kijken wat jullie al weten...
Slide 9 - Tekstslide
Stel nu dat je na een nucleair ongeval radioactief besmet water binnenkrijgt. Welke van onderstaande effecten kun je mogelijk verwachten?
A
Je krijgt vreemde misvormingen, zoals een derde oog, of een groene huid.
B
Je wordt misselijk en moet overgeven.
C
Je gaat licht geven in het donker.
Slide 10 - Quizvraag
Organisch gekweekte broccoli is niet radioactief
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Alle levende dingen en wezens zijn (een heel klein beetje) radioactief door opname van radioactieve stoffen uit de grond, het voedsel en de lucht. Dit zijn vrijwel altijd natuurlijke radioactieve stoffen, die overal voorkomen.
Alle levende dingen en wezens zijn (een heel klein beetje) radioactief door opname van radioactieve stoffen uit de grond, het voedsel en de lucht. Dit zijn vrijwel altijd natuurlijke radioactieve stoffen, die overal voorkomen.
Slide 12 - Tekstslide
Radioactieve straling kan je ruiken of voelen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Waar worden geen radioactieve stoffen gebruikt?
A
In kerncentrales
B
In papierfabrieken
C
In ziekenhuizen
D
In fluoriserend speelgoed
Slide 14 - Quizvraag
In papierfabrieken worden radioactieve bronnen die bètastraling uitzenden gebruikt om continu de dikte van het gemaakte papier te controleren.
In Nederland wordt verreweg de meeste radioactiviteit in ziekenhuizen gebruikt.
In kerncentrales wordt radioactief uranium gebruikt als brandstof.
Slide 15 - Tekstslide
Fluorescerend kinderspeelgoed geeft licht in het donker omdat er overdag licht op is gevallen. Een deel van de energie van dat licht is opgeslagen in het fluorescerende laagje en wordt later uitgezonden. Als je het speelgoed lang in het donker bewaart, zul je ook zien dat het geen licht meer geeft.
Slide 16 - Tekstslide
Wanneer je wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid straling word je zelf ook radioactief.