Literaire analyse

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom literaire aspecten?
  • Beter begrijpen boek of verhaal;
  • Basis boekverslagen en leesdossier;
  • Basiskennis havo-4 of vwo-4.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke zijn het?
Personages
Vertelperspectief
Thema en motieven
Opbouw verhaal
Tijd en ruimte
Spanning

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Personages

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Personages
.. hebben een belangrijke rol bij de gebeurtenissen in het boek. 
Ze hebben een doel. Ze hebben tegenstanders. Ze worstelen met zichzelf. Ze hebben relaties. Ze dragen normen uit. Ze hebben bepaalde opvattingen. Ze veranderen. Ze tonen karakter.
… of niet …

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Personages
.. leer je kennen door:
  •  de dingen die hij/zij doet en denkt
  • de verteller
  • andere personages in het boek

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten personages
- Hoofdpersoon
- Bijpersonen of bijfiguren
- figuranten of achtergrondfiguren

Slide 8 - Tekstslide

Uitleg:
Hoofdpersoon (vaak een held) speelt de grootste rol in het verhaal.
Nevenfiguur (helper of tegenstander van de hoofdpersoon) speelt een min of meer belangrijke rol in het leven van de hoofdpersoon
Bijfiguur is een personage op de achtergrond. Speelt nauwelijks een rol in het leven van de hoofdpersoon.
Soms wordt bijfiguur ook gebruikt als benaming voor de nevenfiguur. 
(blz. 168) Nog APA doen en kijken of ik nevenfiguur weglaat. 
Hoofdpersoon (round character)
Belangrijkste verhaalfiguur
  • is niet in een paar woorden te omschrijven, juist omdat je zoveel eigenschappen van dit karakter kent;
  • Innerlijk (wat voor iemand is het/karakter);
  • heeft zowel goede als slechte eigenschappen;
  • Uiterlijk (hoe ziet hij/zij eruit);
  • Hebben een probleem en dus een doel;
  • Ontwikkelen zich in de loop van het verhaal;
  • Je leert ze kennen door wat ze doen, zeggen en denken.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijpersonen (bijfiguren)
  • Helper en/of tegenstander van de hoofdpersoon;
  • Minder goed uitgewerkt personage;
  • Laat geen ontwikkeling zien;
  • Heeft vaak maar één of twee eigenschappen;
  • is in een paar woorden te omschrijven, want je weet niet veel dit karakter;

  • is nogal voorspelbaar; 



Ook wel flat character genoemd



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Achtergrondfiguren

Vulling voor het verhaal
Heeft geen echte rol

Bijv.  de politieagent, de buurman

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies