H5.2 1E Begrijpend lezen Deel 2

H5.2 1E
Betogende tekst 
Tekstverband 3
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H5.2 1E
Betogende tekst 
Tekstverband 3

Slide 1 - Tekstslide

Tekstdoel
Tekstsoort
Tekstvorm
activerende tekst
betogende tekst
amuserende tekst
informatieve tekst
informeren
amuseren
overtuigen
activeren
betoog
nieuwsbericht
uitnodiging
poster
klachtenbrief
gedicht
column

Slide 2 - Sleepvraag

Betogende tekst
= een tekstsoort
= een tekst waarin de schrijver zijn mening geeft over een onderwerp. Zijn mening verdedigt hij met argumenten. 
Tekstdoel = overtuigen

Argument = informatie waarmee de schrijver wil bewijzen dat zijn mening juist is.

Veel betogen hebben een driedeling:
  1. Inleiding: de schrijver geeft zijn mening over het onderwerp
  2. Kern: hij geeft argumenten voor zijn mening
  3. Slot: hij trekt een conclusie of vat het belangrijkste samen

Slide 3 - Tekstslide

Welk tekstdoel hoort er bij een betogende tekst?
A
informeren
B
amuseren
C
activeren
D
overtuigen

Slide 4 - Quizvraag

Welke vier tekstverbanden ken je al?

Slide 5 - Open vraag

Redengevend verband

Signaalwoorden: want, omdat, daarom, immers, namelijk


Vb. Ik ga de toets goed maken, want ik heb goed geleerd. 
Concluderend verband

Signaalwoorden: dus, dan ook, hieruit volgt, de slotsom is, concluderend

Vb. Je hebt geen tekorten meer, dus je bent over naar het tweede jaar. 

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het verband? Welk signaalwoord?
Alle dj's van 538 zijn goed, daarom is dat mijn favoriete zender.

Slide 7 - Open vraag

Wat is de reden en wat is het gevolg:
Alle dj's van 538 zijn goed, daarom is dat mijn favoriete zender.

Slide 8 - Open vraag

Wat is de reden en wat is het gevolg:
Mevrouw Zeetsen is een aardige docent, want ze heeft nog nooit iemand uit de klas gestuurd.

Slide 9 - Open vraag

Wat is het verband? Signaalwoord?
Norah heeft haar huiswerk niet gemaakt, dus ze zal straf krijgen.

Slide 10 - Open vraag

Wat is de conclusie:
Norah heeft haar huiswerk niet gemaakt, dus ze zal straf krijgen.

Slide 11 - Open vraag

Noem nu alle verbanden die je kent.

Slide 12 - Open vraag

En nu werken jullie!
H5.2

Slide 13 - Tekstslide