In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
kennismaken
schrijf een feitje over jezelf op die een ander (waarschijnlijk) niet weet. We stoppen alle feitjes in een pot en pakker er één voor één, een kaartje uit. Kunnen wij raden bij wie dat feitje hoort?
Slide 2 - Tekstslide
Wat is een groep?
Slide 3 - Tekstslide
Groepsvorming.
Veilig pedagogisch klimaat.
Positieve groepssfeer.
Rollen in de groep.
Slide 4 - Tekstslide
Wat is een groep?
Een verzameling mensen die
een eenheid vormen op basis van 1 of meer overeenkomsten. Daardoor voelen ze zich betrokken bij elkaar, hebben contact met elkaar en er is sprake van samenhorigheid.
Slide 5 - Tekstslide
Noem eens een paar voorbeelden van een groep (op basis van die overeenkomsten).
Slide 6 - Open vraag
Groepsnormen
iedere groep heeft eigen waarden en normen
de normen en waarden hebben invloed op het gedrag binnen de groep
Slide 7 - Tekstslide
Rollen in de groep
Iedereen heeft een rol en functie in een groep, dit wordt bepaald door:
- Hoe jij je gedraagt of opstelt
- Hoe anderen je zien en op je reageren
- Wat de taak of functie van de groep is (werk, vrienden, gezin)
Slide 8 - Tekstslide
Dus:
jouw rol is een gevolg van de interactie tussen jou en anderen.
Slide 9 - Tekstslide
Rollen in een positieve groep: Wanneer is een groep positief?
Slide 10 - Open vraag
Rollen in een positieve groep
Gezagsdrager
Sociaal werker
Organisator
Verkenner
Volger
Appellant
Grapjas
Slide 11 - Tekstslide
Rollen in een positieve groep (2)
OPDRACHT: HOE HERKEN JE DEZE ROL IN EEN GROEP?
Kies 1 rol uit
Je mag internet raadplegen
Hoe zou jij de rol omschrijven?
Bedenkt 3 voorbeelden van gedrag die passen bij de rol
Slide 12 - Tekstslide
Rollen in een positieve groep (3)
Bespreek samen per rol hoe je deze rol kunt zien in een groep
Gezagsdrager, Sociaal werker, Organisator,
Verkenner, Volger, Appellant, Grapjas
Herken je eigenschappen in jezelf van 1 van deze rollen?
Slide 13 - Tekstslide
Rollen in een negatieve groep: Wanneer is een groep negatief?
Slide 14 - Open vraag
Rollen in een negatieve groep
machthebber
onrustzoeker
meelopers
zondebok
Slide 15 - Tekstslide
Groepsvorming
Slide 16 - Tekstslide
Groepsproces
een groep verandert en vormt zich door de manier waarop de groepsleden op elkaar reageren.
een groep ontwikkelt zich in 5 fasen
Slide 17 - Tekstslide
Vormfase
Kennismaking
De groepsleden komen voor het eerst samen. Groepsleden komen voor het eerst samen en iedereen zoekt naar zijn of haar rol binnen de groep.
Slide 18 - Tekstslide
Stormfase
De omgang tussen de groepsleden staat centraal. De groepsleden vormen subgroepjes en onderzoeken met wie ze goed kunnen opschieten. Groepsleden hebben aan het eind van de fase hun rol gevonden.
Slide 19 - Tekstslide
Normfase
Omgangsregels worden vastgesteld, de rollen zijn verdeeld.
Er is meer rust en duidelijkheid in de groep.
Slide 20 - Tekstslide
Prestatiefase
De groep heeft zich gevormd, de rollen liggen vast, de regels zijn duidelijk. Nu kan er gewerkt, gepresteerd en goed worden samengewerkt. Er heerst een ´wij´gevoel.
Slide 21 - Tekstslide
Afscheidsfase
De laatste fase voordat de groep uit elkaar gaat. Iedereen kent elkaar, de sfeer is goed en de leden vinden het jammer dat de groep uit elkaar gaat.
Slide 22 - Tekstslide
CASUS
Het is het begin van het schooljaar. De leerlingen van groep 4 zijn weinig taakgericht en er is veel onrust in de klas. Het kost de leerkracht moeite om iedereen aan het werk te houden. Leerlingen schreeuwen tegen elkaar, pakken spullen van elkaar af en gooien die door het lokaal. De jongens zijn verbaal zeer aanwezig; de meisjes kletsen en roddelen over elkaar in de les.
Slide 23 - Tekstslide
In welke fase zit deze klas? Licht je antwoord toe
Slide 24 - Open vraag
Welke positie neem jij (doorgaans) aan in een nieuwe groep?
A
Ik houd me eerder afzijdig en bekijk alles van op een afstand.
B
Als anderen me aanspreken, neem ik deel aan de interactie. Ik zet zelf niet de eerste stap.
C
Ik zet makkelijk de stap om een gesprek met mijn buren aan te knopen. Er is altijd wel een onderwerp om over te praten.
D
Ik voel me snel thuis in een nieuwe groep en laat me makkelijk horen. Als er vrijwilligers nodig zijn, geef ik me op.
Slide 25 - Quizvraag
Wat is je aanpak in deze klas? Noem drie punten.
Slide 26 - Open vraag
Van welke fase is sprake als de sfeer goed is in de groep en er wordt gewerkt?
A
Normfase
B
Vormfase
C
Prestatiefase
D
Stormfase
Slide 27 - Quizvraag
Wat kun je doen om de normfase in een groep goed te laten verlopen?
Slide 28 - Open vraag
GROEPSPROCESSEN
Als sportcoördinator begeleid je bij groepsprocessen. Zowel in school, op het plein en b.v. bij uitstapjes.
Concreet: de onderlinge wisselwerking tussen kinderen die iets ondernemen begeleiden.
Slide 29 - Tekstslide
OPDRACHT SFEER OP DE GROEP
Ga aan de slag op je stageplek
Welke groepsregels zijn er
Observeer de sfeer op de groep
Kenmerken van een veilige en onveilige groep
Welke rollen zie je bij de kinderen en welk gedrag laten ze daarbij zien