Kostprijsberekening voor Studenten

Kostprijsberekening voor Studenten
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kostprijsberekening voor Studenten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je een kostprijsberekening maken.

Slide 2 - Tekstslide

Leg het leerdoel uit voordat je begint met de les.
Wat weet je al over kostprijsberekening?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is kostprijs?
Kostprijs is de totale som van alle kosten die gemaakt worden om een product te maken, inclusief arbeid en materiaal.

Slide 4 - Tekstslide

Vraag de studenten om voorbeelden van kosten op te noemen.
Berekenen van directe kosten
Directe kosten zijn de kosten die rechtstreeks verband houden met de productie van een product, zoals grondstoffen en arbeidskosten. Deze kosten worden per eenheid berekend.

Slide 5 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van het berekenen van directe kosten.
Berekenen van indirecte kosten
Indirecte kosten zijn kosten die niet direct verband houden met de productie van een product, zoals huur en elektriciteit. Deze kosten worden per uur of per dag berekend.

Slide 6 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van het berekenen van indirecte kosten.
Berekenen van totale kosten
De totale kosten zijn de som van de directe kosten en de indirecte kosten.

Slide 7 - Tekstslide

Laat de studenten een voorbeeld van de berekening maken op papier.
Berekenen van de verkoopprijs
De verkoopprijs is de kostprijs plus winst.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit hoe winst wordt berekend en laat de studenten een voorbeeld van de berekening maken.
Oefenen
Laat de studenten in groepen van 2 of 3 een kostprijsberekening maken voor een product naar keuze.

Slide 9 - Tekstslide

Loop rond en controleer of de studenten de juiste stappen volgen.
Samenvatting
Kostprijsberekening is belangrijk voor het maken van winstgevende producten. Het omvat het berekenen van directe en indirecte kosten, totale kosten en verkoopprijs.

Slide 10 - Tekstslide

Herhaal het leerdoel en beantwoord eventuele vragen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.