48 Fictie

Pak je spullen en jeleesboek en ga lezen.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Pak je spullen en jeleesboek en ga lezen.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  1. Lezen in het leesboek, 15 min
  2. Aan de slag met fictie!

Waarom? Zodat je je kennis in literatuur en de wereld verbreedt.

Slide 2 - Tekstslide

Fictie
Wat is fictie?
A
Verzonnen verhalen
B
Biografie
C
Informatieve verhalen
D
Autobiografie

Slide 3 - Quizvraag

Fictie kan bestaan uit realistisch fictie en niet-realistisch fictie.

A
niet waar
B
waar

Slide 4 - Quizvraag

fictie of non-fictie
A
fictie
B
non-fictie

Slide 5 - Quizvraag


Is dit fictie of non-fictie?
A
fictie
B
non fictie

Slide 6 - Quizvraag

Fictie, realistisch
Fictie, onrealistisch
non-fictie

Slide 7 - Sleepvraag

Personages





Je kan je in het hoofdpersonage het beste inleven. Dit komt omdat je de gevoelens en gedragingen beter weet en begrijpt.

Slide 8 - Tekstslide

Maak opdracht 1+2+3, blz. 72 t/m 75

Slide 9 - Tekstslide

Pak je spullen en jeleesboek en ga lezen.

Slide 10 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  1. Lezen in het leesboek, 15 min
  2. Huiswerk bespreken
  3. Aan de slag met fictie!

Waarom? Zodat je je kennis in literatuur en de wereld verbreedt.

Slide 11 - Tekstslide

Wat is geen kenmerk van een hoofdpersoon?
A
Het is alsof je deze persoon zelf bent
B
Deze persoon wordt niet zo uitgebreid beschreven
C
Je leert de gevoelens van deze persoon goed kennen
D
Je beleeft een verhaal via deze persoon.

Slide 12 - Quizvraag

Je leest wat zijn/haar gedachten en gevoelens zijn:
A
Hoofdpersonage
B
Bijpersonage

Slide 13 - Quizvraag

Je komt weinig over hem/haar te weten:
A
Hoofdpersonage
B
Bijpersonage

Slide 14 - Quizvraag

Opdracht 1+2+3, blz. 72 t/m 75, bespreken

Slide 15 - Tekstslide

Slepen

Mijn favoriete genre is:

Slide 16 - Sleepvraag

Maak opdracht 1+2+3, blz. 78 t/m 81

Slide 17 - Tekstslide