Herhaling 1.5
1 / 23
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Diffusie
actief transport
gefaciliteerd transport
passief transport
Slide 3 - Sleepvraag
Diffusie van een stof gaat altijd...
A
van een hoge naar een lage concentratie, vanzelf
B
van een lage naar een hoge concentratie, vanzelf
C
van een hoge naar een lage concentratie, kost energie
D
van een lage naar een hoge concentratie, kost energie
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Diffusie of
osmose?
osmose?
A
Diffusie
B
Osmose
Slide 7 - Quizvraag
Diffusie en osmose zijn een vorm van....
A
actief transport
B
passief transport
Slide 8 - Quizvraag
Wat is osmose?
A
De verplaatsing van stoffen van een hoge naar een lage concentratie
B
verplaatsing van stoffen over een membraan van een hoge naar een lage concentratie
C
De verplaatsing van water van een hoge waterconcentratie naar een lage waterconcentratie over een membraan
D
de verplaatsing van water van een oplossing met een lage concentratie naar een hoge concentratie over een membraan
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Hoe meer opgeloste deeltjes, hoe ___ de osmotische waarde.
A
Hoger
B
Lager
Slide 13 - Quizvraag
wat gebeurt er met het vloeistofniveau in beide helften?
A
niets
B
bij de 4% zal het dalen en bij de 8% zal het stijgen
C
bij de 8% zal het dalen en bij de 4% zal het stijgen
Slide 14 - Quizvraag
Welke oplossing heeft de hoogste osmotische waarde?
A
100 ml water met 1000 moleculen NaCl
B
100 ml water met 1000 moleculen glucose
C
50 ml water met 1000 moleculen NaCl
D
50 ml water met 1500 moleculen glucose
Slide 15 - Quizvraag
Welke percentages moeten er worden ingevuld als er osmose is opgetreden?
? %
? %
3 %
3 %
6 %
6 %
9 %
9 %
Slide 16 - Sleepvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
De vloeistof buiten de cel is in de bovenstaande situaties:
Isotoon
Hypertoon
Hypotoon
Slide 20 - Sleepvraag
Isotoon
Hypotoon
Hypertoon
Turgor
Grensplasmolyse
Plasmolyse
Slide 21 - Sleepvraag
Wat is elke drank ten opzichte van het lichaam?
Hypertoon
Hypotoon
Isotoon
