VWO domein B

VWO wiskunde B
Domein B
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

VWO wiskunde B
Domein B

Slide 1 - Tekstslide

Neem de puzzel over en los op. Stuur een foto van het antwoord.

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Link

Geef aan welke formule FOUT is.
timer
0:15
A
sin(A)=sin(A)
B
cos(A)=cos(A)
C
tan(A)=tan(A+21π)
D
sin(A)=sin(A+π)

Slide 4 - Quizvraag

Geef aan welke formule FOUT is.
timer
0:15
A
cos2(A)sin2(A)=1
B
cos2(A)sin2(A)=cos(2A)
C
sin(2A)=2sin(A)cos(A)
D
cos2(A)+sin2(A)=1

Slide 5 - Quizvraag

Welke formule hoort bij de tabel?
A
1
B
2
C
3

Slide 6 - Quizvraag

Welke formule hoort bij een exponentieel verband?
(meerdere goed)
A
y=ax^t
B
N=b*g^t
C
y=ax+b
D
N=2b^5

Slide 7 - Quizvraag


De grafiek bij de formule
y=3x+4
A
is een dalende lijn en gaat door (0,4)
B
is een stijgende lijn en gaat door (0,4)
C
is een stijgende lijn en gaat door (4,0)
D
is een stijgende lijn en gaat door (0,3)

Slide 8 - Quizvraag

Schrijf de functie als machtsfunctie
A
f(x)=6x3x4
B
f(x)=23x3
C
f(x)=21x3
D
f(x)=21x7

Slide 9 - Quizvraag

Hoort de tabel bij de grafiek?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Los deze vergelijking op
2x+10=12x20
A
3
B
1/3
C
30

Slide 11 - Quizvraag

Los de volgende vergelijking op:
100(2d+8)=93
A
20,5
B
-0,5
C
2,05
D
20,5 of -20,5

Slide 12 - Quizvraag

bepaal de horizontale asymptoot
y=6+(x+3)4
A
y=6
B
x=0
C
y=0
D
x=3

Slide 13 - Quizvraag

bepaal de verticale asymptoot
y=6+x4
A
y=6
B
x=0
C
x=6
D
y=0

Slide 14 - Quizvraag


In het assenstelsel hiernaast is een hyperbool met bijbehorende asymptoten te zien.

Welke stelling is NIET waar
A
De hyperbool heeft alleen snijpunten met de y-as
B
y = 0 is een asymptoot en kun je vinden door voor x een groot getal in te vullen
C
De grafiek raakt deze asymptoten nooit
D
x = 0 is een asymptoot, omdat je niet kan delen door 0

Slide 15 - Quizvraag


De volgende twee stellingen gaan over 
A: De horizontale asymptoot is 
B: De verticale asymptoot is 
x=ab
y=d
y=ax+bc+d
A
A en B zijn waar
B
A en B zijn niet waar
C
A is waar, B is niet waar
D
A is niet waar, B is waar

Slide 16 - Quizvraag


De volgende stellingen gaan over de      in het hyperbolisch verband

Welke stelling is waar
y=ax+bc+d
d
A
De waarde van 'd' zorgt voor een horizontale verplaatsing van de grafiek
B
De waarde van 'd' zorgt voor een verticale verplaatsing van de grafiek
C
Als 'd' = 3, dan is de horizontale asymptoot  y = -3
D
Als 'd' = 0, dan is de verticale asymptoot altijd x = 0

Slide 17 - Quizvraag