week 43




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 43

timer
1:30
Aan het einde van deze week kan jij:
- hoofdletters en leestekens in zinnen goed gebruiken.
- (stoffelijk) bijvoeglijk naamwoorden spellen.

Klaar?
- puzzel
- lezen
Vandaag:
- lezen
- paar oefenopdrachten
- zelfstandig werken
Je legt klaar:
- iPad
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
Spelling §1: 1, 2, 3, 4, 5
Spelling §2: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 43

timer
1:30
Aan het einde van deze week kan jij:
- hoofdletters en leestekens in zinnen goed gebruiken.
- (stoffelijk) bijvoeglijk naamwoorden spellen.

Klaar?
- puzzel
- lezen
Vandaag:
- lezen
- paar oefenopdrachten
- zelfstandig werken
Je legt klaar:
- iPad
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
Spelling §1: 1, 2, 3, 4, 5
Spelling §2: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

Slide 1 - Tekstslide


Koen: §7, §8                       Robin: §8
Valente: §8                                               










Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Toetsstof

Lezen: 1/3 punten op de toets
Meer dan lezen §2 - Onderwerp en hoofdgedachte + woordenlijst


Spelling: 2/3 punten op de toets
Spelling §1 - Hoofdletters en leestekens 
Spelling §2 - Bijvoeglijke naamwoorden
Spelling §3 - Meervouden
Spelling §4 - Verkleinwoorden
Spelling §5 - Spellingsalarm

Slide 2 - Tekstslide


Koen: §7, §8                       Robin: §8
Valente: §8                                               







hoofdletter?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

§1 Hoofdletters
- Bij namen:
Pia van der Molen, P. van der Molen, mevrouw Van der Molen, Tom 't Hart
- Bij merken en namen van bedrijven:
Nike, Bakker Bart, Jumbo, Pompstee
- Aardrijkskundige namen en woorden die daarvan zijn afgeleid:
België, Grieks, Limburgse, Noord-Hollandse, Kerkstraat, Noordenveld, Rijn, Middellandse Zee, Pyreneeën

NIET bij: maanden, seizoenen, windstreken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§1 Punt
- Aan het einde van een zelfstandige, mededelende zin.
Tim zit op balletles. Hij vindt de lessen heel leuk.

- Afkortingen die als heel woord worden uitgesproken (blz., etc., drs.).
(Dus NIET: vwo, wc). Als dit aan het einde van de zin is, hoef je maar één punt te gebruiken.
Op blz. vind je de uitleg over het spellen van werkwoorden etc.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§1 Uitroepteken en vraagteken
Uitroepteken
- Aan het einde van een zelfstandige zin die je uitroept.
Dat heb ik nooit geweten!

Vraagteken
- Aan het einde van een zelfstandige, vragende zin.
Mag ik jouw werk eens zien?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§1 Komma
Wanneer je twee zinnen samenvoegt tot een nieuwe (langere) in. De komma staat dan:
- Tussen twee persoonsvormen.
Als het hard regent, moet je een regenpak aan.
- Voor voegwoorden zoals: maar, omdat, terwijl, want, etc. (meestal NIET na 'en' en 'of').
Lotte miste de trein, doordat ze te laat opstond.
- tussen delen van een opsomming (en dan niet bij 'en' en 'of').
We gaan op vakantie naar Frankrijk, Italië en Kroatië.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
de lievelingsboeken van yasmin van der tol zijn juf braaksel kruistocht in spijkerbroek en sneeuwwitje en de zeven dwergen

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
als mevrouw van der tol een boek koopt begint hij altijd meteen met lezen

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
ik vind pepsi de lekkerste frisdrank omdat daar wat minder prik in zit

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
woon jij in groningen zeeland of noord-holland

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
r van uhm spreekt geen arabisch en chinees maar wel frans

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

§2 Bijvoeglijke naamwoorden
De meeste bijvoeglijke naamwoorden hebben een korte vorm en een lange vorm (met een 'e'): lekker - lekkere; zwak - zwakke; hoog - hoge.

Zo maak je de lange vorm:
1. Zet een 'e' achter het woord.
2. Indien nodig voor de uitspraak verdubbel je de laatste medeklinker
3. Indien niet nodig voor de uitspraak, haal een dubbele klinker weg.
4. Verander een 'f' in een 'v' en een 's' in een 'z'

Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden: zeggen van welk materiaal iets is gemaakt. Hebben vaak vaak één vorm. Eindigen vaak op en (stenen, betonnen, katoenen), maar niet altijd (plastic, nylon)!

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We hebben een mooie ... (steen) tafel.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind jij lekkerder: ... (grof) mosterd of ... (fijn) mosterd?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Een crêpe is een ... (plat) pannenkoek.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze ... (mooi), ... (klein), ... (rood) auto is mijn favoriet.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik vind deze ... (polyester) trui niet zo mooi.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Je leesboek voor Nederlands
Kiezen uit de titels:
- Alaska – Anna Woltz
- Rafael – Jan Eilander
- Soldaat Wojtek – Bibi Dumon Tak
- Wild – Mel Wallis de Vries
- Flashback - Eva Burgers

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je gaat een boek lenen van school.
Hoe houd jij je boek netjes?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De opdracht
- je maakt een aantal verwerkingsopdrachten bij het boek.
- Af en toe gaan we samen zitten in groepjes per boek: zo kunnen we het samen over het boek hebben.
- op It's Learning staat waar je moet zijn iedere week. Zorg dat je bij bent!
- je kan je boek tijdens daltonuren lezen, maar ook thuis, na een toets.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
meneer de vries heeft een hond een kat en een goudvis

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
in noord-brabant eten ze vaak worstenbroodjes omdat dat daar een streekproduct is

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet hoofdletters en leestekens:
als je op engels een goed cijfer wil moet je op tijd beginnen met leren

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


brood - gist; volkoren; zoetwaren
circus - trapeze; arena; grimeren
feest - guirlande; festijn; genodigden
kermis - vermaak; attractie; exploitant
voetbal - arbiter; schwalbe; doelman

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies