Toets bk elektriciteit

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Toets Elektriciteit - NaSk

Basis & kader

De spanning van een penlite-batterij is 1,5 volt.

1. Waar
2. Niet waar

Een batterij en een dynamo zijn spannings-bronnen.

1. Waar
2. Niet waar

De stoffen in een batterij zijn goed voor het milieu.

1. Waar
2. Niet waar

Staaf-batterijen hebben wel een plus, maar geen min.

1. Waar
2. Niet waar

Het licht op je fiets werkt op een spannings-bron.

1. Waar
2. Niet waar

Als de stroomkring open is, loopt er elektrische stroom door de aangesloten apparaten.

1. Waar
2. Niet waar

In een gesloten stroomkring loopt de stroom van de plus naar de min.

1. Waar
2. Niet waar

Een schakel-schema is een eenvoudige tekening van een stroomkring.

1. Waar
2. Niet waar

Als in een parallel-schakeling een apparaat kapot gaat, werken de andere apparaten in die schakeling ook niet meer.

1. Waar
2. Niet waar

De spanning op een stopcontact is 320 volt.

1. Waar
2. Niet waar

Energie-verlies is energie die wordt omgezet in een vorm van energie die je niet wilt.

1. Waar
2. Niet waar

De eenheid van stroomsterkte is volt (V).

1. Waar
2. Niet waar

Het vermogen is de elektrische energie die een apparaat per seconde gebruikt.

1. Waar
2. Niet waar

De kilowatt-uur-meter meet de energie die in huis wordt verbruikt.

1. Waar
2. Niet waar

Bij kortsluiting gaat de smeltdraad van de smelt-veiligheid stuk.

1. Waar
2. Niet waar

Als er stroom weglekt, schakelt de aardlek-schakelaar alle groepen uit.

1. Waar
2. Niet waar

Bij over-belasting van de elektrische installatie gaat in de meterkast een alarm af.

1. Waar
2. Niet waar

In een automatische veiligheid zit een smeltdraad.

1. Waar
2. Niet waar

Bij over-belasting is de stroom te groot.

1. Waar
2. Niet waar

Een generator van een windmolen levert een veilige spanning.

1. Waar
2. Niet waar

Een zaklamp werkt op twee staaf-batterijen, die in serie staan.
Hoe groot is de spanning waarop het lampje van de zaklamp werkt?

1. 1,5 Volt
2. 3 Volt
3. 4,5 Volt
4. 6 Volt

Hieronder zie je vier symbolen. Welk symbool is het symbool voor een batterij?

1. Symbool 1
2. Symbool 2
3. Symbool 3
4. Symbool 4

Hiernaast is een schakel-schema getekend.

Welke zin is waar voor de schakeling die in dit schema is getekend?

1. De lampen staan in serie geschakeld en branden.
2. De lampen staan in serie geschakeld en branden niet.
3. De lampen staan parallel geschakeld en branden.
4. De lampen staan parallel geschakeld en branden niet.

Op welke spannings-bron werkt de verlichting van een fiets NIET?

1. een dynamo
2. een generator
3. een penlite-batterij

Remco gebruikt een boormachine zonder snoer.
Op welke spannings-bron werkt de boormachine van Remco?

1. batterijen
2. een dynamo
3. een generator
4. een stopcontact

Tijdens het practicum laat Patricia een elektro-motor draaien.
Als spannings-bron gebruikt ze een platte batterij. Patricia verwisselt de
rode en de zwarte draden op de aansluiting van de motor.

Wat gebeurt er?
De motor draait:

1. de andere kant op.
2. dezelfde kant op.
3. langzamer dan voor het verwisselen van de draden.
4. sneller dan voor het verwisselen van de draden.

Hiernaast zie je het type-plaatje van een klop-boormachine.

Wat is het vermogen van de
klop-boormachine?

1. 3,6 A
2. 50-60 Hz
3. 230 V
4. 780 W

Wat is de eenheid voor elektrische energie?

1. ampère (A)
2. kilowatt-uur (kWh)
3. volt (V)
4. watt (W)

Waarom zit er kunst-stof om elektriciteits-draden?

1. kunst-stof zorgt voor een betere geleiding
2. kunst-stof zorgt voor een goede isolatie
3. kunst-stof zorgt voor een langere levensduur
4. kunst-stof zorgt voor minder warmte-ontwikkeling

Hoe kun je zien dat een smelt-veiligheid kapot is?

1. Dan is de kleur van de verklikker veranderd.
2. Dan is de smeltdraad verkleurd.
3. Dan is de smelt-veiligheid zwart geworden.
4. Dan zit de verklikker niet meer op de smelt-veiligheid.

In de figuur hiernaast zie je een schakel-schema. 

Zijn de lamp en de schakelaar in serie of parallel geschakeld?

In de figuur hiernaast zie je een schakel-schema. 

Gerard zet de schakelaar in de stand zoals in het schema getekend. Het lampje brandt.

Leg uit waarom de lamp brandt.

In de figuur hiernaast zie je een schakel-schema. 

Gerard drukt op de knop van de schakelaar zodat de schakelaar gesloten wordt. De lamp gaat uit.

Leg uit waarom de lamp uitgaat.

Kobi heeft een zaklamp met daarin vier staaf-batterijen. De batterijen zitten achter elkaar in de zaklamp.
Op hoeveel volt brandt het lampje van de zaklamp?
Laat met een berekening zien hoe je aan je antwoord komt.

Een automatische veiligheid schakelt de elektriciteit van een groep uit.
Peter zegt dat dit komt door kortsluiting. Claudia zegt dat dit komt door
over-belasting.
Wie heeft gelijk: Peter, Claudia of hebben ze allebei gelijk? Leg uit waarom.

In de figuur hiernaast zie je twee energie-meters. Links zie je de meterstand van 

1 januari. Rechts zie je de meterstand van 31 januari.

Hoeveel elektrische energie is er in de maand januari verbruikt?

Laat met een berekening zien hoe je aan je antwoord komt.

klik op de afbeelding om te vergroten. Klik daarna linksonder op het kruisje om weer te sluiten