Herhaling H en I

Herhaling H en I
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herhaling H en I

Slide 1 - Tekstslide

Nivelleren
A
Vernieuwen
B
Zorgen dat de verschillen kleiner worden

Slide 2 - Quizvraag

Nivellering van inkomens betekent dat
A
De werking van het belastingstelsel
B
Het verschil tussen hoge en lage inkomens in verhouding kleiner wordt.
C
Het dichtbij de diagonaal teken van de lorenzcurve
D
Het verschil tussen hoge en lage inkomens in verhouding groter worden.

Slide 3 - Quizvraag

Inkomens kun je nivelleren met een
A
progressieve belasting
B
degressieve belasting
C
proportionele belasting
D
vlaktaks

Slide 4 - Quizvraag

Primaire inkomen bestaat uit
A
Natuur, arbeid, huur, winst.
B
Huur/pacht, winst, arbeid, rente.
C
Huur/pacht, winst, loon, rente.
D
Natuur, arbeid, kapitaal en ondernemerschap.

Slide 5 - Quizvraag

Primair inkomen is
A
besteedbaar inkomen
B
inkomen na belastingaftrek
C
inkomen wat je haalt uit productiefactoren
D
loon, rente, pacht, huur, winst en uitkering

Slide 6 - Quizvraag

Wat is geen primair inkomen?
A
aow uitkering
B
dividend
C
huur
D
rente

Slide 7 - Quizvraag

De aftrekposten hebben een denivellerende werking op de inkomensverdeling
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Een ................ belastingtarief zorgt voor denivellering van inkomens
A
Degressief
B
Progressief
C
Geen van allen
D
Proportioneel

Slide 9 - Quizvraag

welke maatregel heeft een denivellerende werking?
A
invoeren progressief belastingstelsel
B
verlagen marginaal tarief hoge inkomens
C
afschaffen heffingskortingen
D
afschaffen huur- en zorgtoeslag

Slide 10 - Quizvraag

Is de Nederlandse hypotheekrenteaftrek nivellerend of denivellerend?
A
nivellerend
B
denivellerend
C
beiden
D
geen van beiden

Slide 11 - Quizvraag

Werkt een algemene heffingskorting nivellerend of denivellerend?
A
nivellerend
B
denivellerend

Slide 12 - Quizvraag

Secundair inkomen =
A
Primair inkomen + belasting - uitkering
B
Primair inkomen - belasting - uitkering
C
Primair inkomen + uitkering - belasting
D
Primair inkomen + belasting + uitkering

Slide 13 - Quizvraag

Keuze
Cumulus Test jezelf
Ongelijkheid, BBP, Internationale handel, Belasting

Slide 14 - Tekstslide