In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
CURSUS 4: Taal
paragraaf 1
Cursus 4: TAAL
Dialecten en Standaardnederlands
Slide 1 - Tekstslide
Je weet wat het woord dialect betekent.
Je kunt het verschil tussen een streektaal en het Standaardnederlands uitleggen.
Lesdoelen
Slide 2 - Tekstslide
In deze les gaan we:
in gesprek over de begrippen dialect en Standaardnederlands.
dialectwoorden leren kennen.
dialectwoorden opzoeken.
Slide 3 - Tekstslide
Gebruik je iPad alleen als dat nodig is.
Als de docent aan het woord is, is de rest van de klas stil.
Als een klasgenoot aan het woord is, is de rest van de klas stil.
Kortom, we luisteren naar elkaar en weten wanneer we mogen praten.
De regels tijdens de lessen Nederlands
Slide 4 - Tekstslide
Wie kan kort vertellen waar we het de vorige les over hebben gehad?
Slide 5 - Tekstslide
Je gaat zo luisteren naar een verhaal over Martien Meiland. Beantwoord de volgende vragen:
Wat valt op?
Hoe klinkt het?
Welke woorden herken je?
Slide 6 - Tekstslide
Klassengesprek
Slide 7 - Tekstslide
Een streektaal is een taal van een bepaalde streek of een bepaalde plaats, die anders is dan de Standaardtaal (het Nederlands).
Denk aan Fries, Vlaams, Limburgs.
Dialect
(streektaal)
Slide 8 - Tekstslide
Verschillende dialecten/streektalen
In totaal 267 dialecten in Nederland
De drie grootste dialecten zijn:
• Nedersaksisch (4,8%) • Limburgs ( 3,4%)
• Het Fries ( 2,0%)
De rest van Nederland spreekt vooral een vorm van het Standaardnederlands
Slide 9 - Tekstslide
Nederlands zoals je het op school leert;
Verzameling van afspraken over hoe we zinnen en woorden schrijven en uitspreken;
De standaardtaal verandert. Er verdwijnen woorden en er komen nieuwe woorden bij.
Standaardnederlands
Slide 10 - Tekstslide
Verschil tussen dialect en het Standaardnederlands.
• Het Standaardnederlands is een taal die we allemaal gebruiken om elkaar goed te begrijpen, bijvoorbeeld op school op televisie of in officiële brieven. Het is de “officiële” Nederlandse taal.
• Een dialect is een variant van het Nederlands die gesproken wordt in een bepaalde streek of regio.
• In een dialect kunnen woorden, zinnen en klanken anders zijn dan in het Standaardnederlands. Het blijft wel een vorm van Nederlands.
Slide 11 - Tekstslide
Dialecten die de status van taal hebben gekregen.
• Sommige dialecten zijn zo belangrijk geworden dat ze nu de status van een taal hebben gekregen. Dit betekent dat ze officieel worden erkend als een aparte taal.
• Een voorbeeld hiervan is het Fries. Dit is een echte taal met eigen woorden, grammatica en regels.
Slide 12 - Tekstslide
timer
1:00
Noem zoveel mogelijk dialecten die gesproken worden in Nederland.