Steden in Nederland

§1 Steden in Nederland
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

§1 Steden in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Welke stad is dit?
- Uitleg §1
- Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Welke stad is dit?
A
Gouda
B
Den Haag
C
Amsterdam
D
Enschede

Slide 3 - Quizvraag

Welke stad is dit?
A
Rotterdam
B
Utrecht
C
Den Haag
D
Delft

Slide 4 - Quizvraag

Welke stad is dit?
A
Groningen
B
Leeuwarden
C
Maastricht
D
Alkmaar

Slide 5 - Quizvraag

Welke stad is dit?
A
Leiden
B
Utrecht
C
's-Hertogenbosch
D
Den Haag

Slide 6 - Quizvraag

Welke plaats is dit?
A
Balkbrug
B
Ommen
C
Dalfsen
D
Hardenberg

Slide 7 - Quizvraag

Welke stad is dit?
A
Zwolle
B
Den Haag
C
Ommen
D
Enschede

Slide 8 - Quizvraag

Welke stad is dit?
A
Rotterdam
B
Utrecht
C
Amsterdam
D
Den Haag

Slide 9 - Quizvraag

Dorpen en steden
  • Plaatsen waar mensen bij elkaar wonen, noemen we nederzettingen. Een kleine nederzetting is een dorp en een grote een stad.

  • Een dorp heeft minder voorzieningen (bijv. kerk, scholen, winkels) dan een stad.

  • In een stad heb je veel hoge gebouwen in het centrum. Aan de rand liggen bedrijventerreinen met kantoren en fabrieken. Er zijn veel voorzieningen, zoals een bioscoop, een ziekenhuis of een station. 

Slide 10 - Tekstslide

Het ontstaan van steden
  • Steden zijn niet op dezelfde manier ontstaan. 

  • In de middeleeuwen zijn steden ontstaan als een marktplaats op een kruising van oude handelswegen (bijv. Amersfoort). In Nederland is dit vaak een kruising bij een land- en waterweg. Bij zo'n markt woonden vaak handelslieden, zoals pottenbakkers of timmermannen. Veel van dit soort steden werden beschermd met een stadsmuur.

  • Later ontstonden steden op plaatsen waar fabrieken werden gebouwd (Tilburg). Dat gebeurde soms bij een bestaand dorp. Deze steden hebben geen stadsmuren en grachten. Ze liggen aan een spoorlijn of kanaal om de grondstoffen van de fabrieken aan te voeren.

  • Soms zijn steden opnieuw ontworpen (bijv. Lelystad & Almere), dat gebeurde op plaatsen waar plotseling veel ruimte kwam, zoals in de polders.

Slide 11 - Tekstslide

De opbouw van steden
  • Hoewel je er wel veel sporen van vroeger kunt vinden, zijn de steden uit de middeleeuwen sterk gegroeid en veranderd.

  • De binnenstad is nog goed herkenbaar aan de oude gebouwen, kerken en nauwe straatjes.
  • Het stadscentrum is een deel van de stad waar veel winkels, cafés en restaurants / kantoren zijn. Vaak ligt het stadscentrum rond een station en zijn er parkeergarages vlakbij. 
  • Buiten het centrum liggen de woonwijken, die soms weer verdeeld zijn in buurten. Een buurt is meestal in een bepaalde periode gebouwd, dus lijken de huizen erg op elkaar. 
  • Aan de rand van de stad liggen bedrijventerreinen. Ze liggen aan grote wegen. Vaak verschillende soorten bedrijven bij elkaar. 
  • Soms grenst een stad aan een andere grote plaats, waardoor je zo van de ene plaats de andere inrijdt. Zo'n stad met eraan vastgegroeide voorsteden heet een agglomeratie
Agglomeratie

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Huiswerk
Maak de opdrachten van §1:
1, 2, 3, 5, 7, 8, 9 en 12

Slide 15 - Tekstslide