• Binnenstad: oude gebouwen, kerken en nauwe straatjes.
• Stadscentrum: veel winkels, cafés, restaurants en kantoren
-> rond een station, vlakbij parkeergarages.
• Woonwijken: buurten met woonhuizen en winkels voor dagelijkse boodschappen.
-> buiten het centrum
-> buurt = deel van een wijk met huizen uit dezelfde tijd die erg op elkaar lijken.