Mening en argument 1 - hst 3

Welkom V3A
Leg je Zakkie, boek, pen en papier op tafel. 
Bord
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom V3A
Leg je Zakkie, boek, pen en papier op tafel. 
Bord

Slide 1 - Tekstslide

Welkom V3B
Leg je Zakkie, boek, pen en papier op tafel. 

Slide 2 - Tekstslide

Welkom!
Op tafel: 
laptop (nog niet open)
map 
pen/potlood
boek
(telefoon in zwarte zakkie op hoek tafel)

Slide 3 - Tekstslide

Agenda 
Nog bekijken proefwerk?

Dit PTO

Start hst 3


Slide 4 - Tekstslide

PTO-2
1. PTO-2 Kern over 
hst 3/4 leesvaardigheid
hst 3/4 schrijfvaardigheid
hst 2 spreekvaardigheid
2. boekopdracht
3. Numo - elke week 45 minuten
4. DIA 

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen deze week (hst 3)
1. Ik weet wat meningen, argumenten, feitelijke en niet-feitelijke uitspraken zijn.

2. Ik kan meningen, argumenten, feitelijke en niet-feitelijke uitspraken herkennen.
3. Ik kan uitleggen waarom een uitspraak een mening, een argument, een feitelijke of niet-feitelijke uitspraak is
4. Ik kan beoordelen welke argumenten het sterkst zijn en uitleggen waarom)



Slide 6 - Tekstslide

H. 3 Mening en argumenten
Je leert hoe je meningen en argumenten onderscheidt

Slide 7 - Tekstslide

Betoog: doel is de lezer overtuigen. 
Mening/standpunt/conclusie: hoe je ergens over denkt. 'Waar je staat' op een onderwerp.
Argumenten: ondersteunen standpunt.
- want, omdat, doordat (ofwel: redenen etc.)
Feitelijke uitspraak: je kunt vaststellen of die waar is of niet door uit te zoenen. 
Niet-feitelijke uitspraak: je kunt niet vaststellen of die waar of niet is. 

Slide 8 - Tekstslide

Ik vind het belangrijk om weinig vlees te eten, omdat ik het idee heb dat veeteelt slecht is voor het milieu.
A
standpunt - argument
B
argument - standpunt

Slide 9 - Quizvraag

Je moet snel die tickets kopen, de concerten van Ed Sheeran zijn namelijk altijd snel uitverkocht.
A
standpunt - argument
B
argument - standpunt

Slide 10 - Quizvraag

Stilzitten is ongezond, dus bij een blokuur zou iedereen tussendoor een rondje moeten lopen.
A
standpunt - argument
B
argument - standpunt

Slide 11 - Quizvraag

Het aantal calorieën in een Snickers is 321.

A
feitelijk
B
niet-feitelijk

Slide 12 - Quizvraag

Nederlands is niet zo moeilijk.
A
feitelijk
B
niet-feitelijk

Slide 13 - Quizvraag

Sporten is gezond.
A
feitelijk
B
niet-feitelijk

Slide 14 - Quizvraag

Overleg alleen fluisterend. 

Maak opdracht 
3. b, c, d, e (blz. 18)
4 (blz. 18) 
5 (blz. 19). 
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Antwoorden

Slide 16 - Tekstslide

Antwoorden

Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk
1. Kijk het filmpje youtube.com/watch?v=wl7B2X1W6FA

2. Lees tekst blz. 17 (hst 3)

3. Zoek de betekenis van een aantal volgende woorden op en schrijf de betekenis op in je map: 

Slide 18 - Tekstslide

Stelling: 
Elke Nederlander moet vanaf 16 jaar jaarlijks minimaal één dag vrijwilligerswerk doen

1. Lees het argument van diegene naast je. 
2. Reageer op het argument.
3. Breng een nieuw argument in.
Je mag alleen schrijven en verder niet overleggen. 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide