Ik kan verhaaltjessommen met optellen en aftrekken uitrekenen
Slide 3 - Tekstslide
Stappenplan
1: lees de opdracht 2x
2: wat voor soort som is dit. (kijk naar de woorden)
3: welke getallen heb ik nodig?
4. schrijf de som op
5 reken de som uit
6 controleer
Slide 4 - Tekstslide
IK
Stappen:
1: Ik lees de opdracht 2x
2: Ik kijk wat voor soort som dit is. (Ik kijk naar de woorden)
3: Welke getallen heb ik nodig?
4. Ik schrijf de som op
5 Ik reken de som uit
6 Ik controleer mijn antwoord
Slide 5 - Tekstslide
WIJ
WIJ
1: lees de opdracht 2x
2: wat voor soort som is dit. (kijk naar de woorden)
3: welke getallen heb ik nodig?
4. schrijf de som op
5 reken de som uit
6 controleer
Slide 6 - Tekstslide
Jullie
Elke morgen bakt een bakker 110 broden. Deze verkoopt hij in zijn winkel. Tussen de middag telt hij hoeveel broden hij nog over heeft. Hij heeft precies de helft verkocht. Hoeveel heeft hij er dan nog?
JULLIE - IN JE GROEPJE
Elke morgen bakt een bakker 110 broden. Deze verkoopt hij in zijn winkel. Tussen de middag telt hij hoeveel broden hij nog over heeft. Hij heeft precies de helft verkocht. Hoeveel heeft hij er dan nog?
timer
2:30
Stappen:
1: Ik lees de opdracht 2x
2: Ik kijk wat voor soort som dit is. (Ik kijk naar de woorden)
3: Welke getallen heb ik nodig?
4. Ik schrijf de som op
5 Ik reken de som uit
6 Ik controleer mijn antwoord
Slide 7 - Tekstslide
JIJ
Boek bladzijde 29
Som 3a
timer
3:00
Slide 8 - Tekstslide
JIJ
Zelfstandig aan de slag?
Som 3 en daarna som 1
Klaar? --> Rode kant
Of verlengde instructie?
Som 5 en daarna som 6 uit bijwerkschrift
Slide 9 - Tekstslide
Afsluiting
In een bioscoop zijn 400 plekken.
Er zijn er 150 bezet.
Hoeveel plekken zijn er nog over?
Afsluiting
In een bioscoopzaal zijn 400 plekken.
Er zijn 150 plekken bezet.
Hoeveel plekken zijn er vrij?
Schrijf de som die bij dit verhaaltje hoort op je wisbordje