4.6 Reageren door hormonen

Hoofdstuk 4, waarnemen & reageren
Paragraaf 4.6
blz. 63 t/m 70

Verschillende hormoonklieren en hun werking.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4, waarnemen & reageren
Paragraaf 4.6
blz. 63 t/m 70

Verschillende hormoonklieren en hun werking.

Slide 1 - Tekstslide

Hoe werken hormonen?
Je hersenen kunnen op 2 manieren berichtjes versturen:
  1. Met het zenuwstelsel
  2. Met hormonen

Slide 2 - Tekstslide

Hoe werken hormonen?
  • Hormonen zijn regelstoffen
  • Hormoonklieren maken deze stoffen
  • Bij signaal (van zenuwcel of ander hormoon) geven de cellen stoffen af aan het bloed
  • Hormoonklieren kunnen worden 'aangezet' door het zenuwstelsel of een ander hormoon



Slide 3 - Tekstslide

Hormoonklieren
Het hormoonstelsel bestaat uit een aantal hormoonklieren.
  • Hypofyse
  • Hypothalamus
  • Schildklier
  • Bijnieren
  • Eilandjes van Langerhans
  • Testes/ovaria

Slide 4 - Tekstslide

Hypofyse
  1. De hypofyse is een hormoonklier in de hersenen.
  2. Het maakt het groeihormoon
  3. De hypofyse beïnvloedt andere hormoonklieren (zoals de schildklier en geslachtsorganen

Het is een soort dirigent die het orkest aanstuurt.

Slide 5 - Tekstslide

Schildklier
schildklier:
Hormoonklier die in de hals vóór het strottenhoofd ligt; produceert schildklierhormoon.

schildklierhormoon:
Hormoon regelt de snelheid waarmee verbranding in je lichaam plaatsvindt (stofwisseling)

Slide 6 - Tekstslide

Eilandjes van Langerhans
  • Eilandjes van Langerhans: zijn groepjes cellen in de alvleesklier
  • Eilandjes van Langerhans produceren insuline en glucagon (hormonen)
  • Regelen glucosegehalte/ bloedsuikerspiegel




Slide 7 - Tekstslide

De bijnier
  • De bijnier ligt boven de nier
  • De bijnier maakt adrenaline
  • Adrenaline = stresshormoon
Zorgt voor:
=> snellere hartslag
=> snellere ademhaling
=> meer verbranding
Dus meer energie

Slide 8 - Tekstslide

Eierstokken: oestrogeen 
(regelt secundaire geslachtskenmerken)
Teelballen: testosteron
(regelt secundaire geslachtskenmerken)

Slide 9 - Tekstslide

Vandaag.
Lees blz. 63 t/m 70
Maak opdracht 3 t/m 13
Huiswerk voor maandag.




Slide 10 - Tekstslide